ECLI:NL:RBDHA:2020:878

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
23 januari 2020
Publicatiedatum
4 februari 2020
Zaaknummer
C/09/587040 / FA RK 20-147
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voortzetting van een crisismaatregel in het kader van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 23 januari 2020 een beschikking gegeven inzake de voortzetting van een crisismaatregel voor een minderjarige betrokkene, geboren in 2002 en afkomstig uit België. De officier van justitie had op 20 januari 2020 een verzoek ingediend tot verlenging van de crisismaatregel die eerder op 18 januari 2020 was opgelegd. De rechtbank heeft de mondelinge behandeling op dezelfde datum gehouden, waarbij de betrokkene, zijn advocaat, een waarnemend kinderpsychiater, een sociotherapeut en de moeder van de betrokkene aanwezig waren.

De betrokkene heeft verweer gevoerd tegen de voortzetting van de maatregel, waarbij hij zijn onvrede over de situatie en de instellingen heeft geuit. Hij gaf aan dat hij liever thuis bij zijn moeder zou zijn, mits zij de nodige hulp zou krijgen. De advocaat van de betrokkene heeft primair verzocht om afwijzing van het verzoek tot voortzetting van de crisismaatregel, maar zich subsidiair refereerde aan het oordeel van de rechtbank.

De rechtbank heeft op basis van de overgelegde stukken en het verhandelde ter zitting vastgesteld dat er sprake is van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel voor de betrokkene, waaronder levensgevaar en ernstige psychische schade, veroorzaakt door een psychische stoornis. De rechtbank oordeelde dat de voorgestelde verplichte zorg noodzakelijk en evenredig is om het nadeel af te wenden. De machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel is verleend voor een periode van drie weken, met specifieke maatregelen die gedurende deze periode kunnen worden getroffen. De beschikking is vastgesteld op 3 februari 2020, en tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Team Jeugd- en Zorgrecht
Zaak-/rekestnr.: C/09/587040 / FA RK 20-147
Datum beschikking: 23 januari 2020
Machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel
Beschikkingnaar aanleiding van het op 20 januari 2020 door de officier van justitie ingediende verzoek tot verlenging van een crisismaatregel, als bedoeld in artikel 7:7 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:
[de man]
hierna te noemen: betrokkene,
geboren op [geboortedag] 2002, [geboorteplaats] België,
wonende te [woonplaats]
thans verblijvende in de accommodatie [verblijfplaats]
advocaat: mr. M.G. Eckhardt te 's-Gravenhage.

1.Procesverloop

1.1
Bij verzoekschrift, ingekomen ter griffie op 20 januari 2020, heeft de officier van justitie verzocht om verlenging van de op 18 januari 2020 opgelegde crisismaatregel.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
  • een afschrift van de beschikking van de burgemeester van de gemeente Leiden tot het nemen van de crisismaatregel van 18 januari 2020;
  • een op 18 januari 2020 ondertekende medische verklaring van [psychiater] die betrokkene heeft onderzocht maar niet bij zijn behandeling betrokken was;
- een uittreksel uit de justitiële documentatie;
- een afschrift van de politiemutaties.
1.2
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 23 januari 2020.
1.3
Ter zitting waren de volgende personen aanwezig, die door de rechtbank zijn gehoord:
- betrokkene, bijgestaan door zijn advocaat;
- de waarnemend [kinderpsychiater] ;
- de [sociotherapeut] ;
- de moeder van betrokkene.

2.Verweer

De betrokkene heeft ter zitting verweer gevoerd en aangegeven dat instellingen als het [instelling] zijn dood worden. Dit soort plekken geeft alleen stress, waardoor hij ook nog eens veel gewicht verliest. De oplossing voor zijn probleem is hier niet te vinden en dit zal ook nooit gaan werken. Het liefst is hij thuis bij zijn moeder, maar dan moet zij wel hulp krijgen voor haar emoties. Volwassenen zijn te dom om dat te begrijpen Betrokkene wil dat zijn penis eraf gaat, omdat hij ervan overtuigd is dat dat lichaamsdeel niet bij hem hoort. Als dat niet gebeurt, dan wil hij dood.
De advocaat heeft namens de betrokkene aangevoerd dat de betrokkene geen meerwaarde ziet van een langer verblijf. Hij heeft een totaal andere visie dan de behandelaren en opname hier of zijn verblijf thuis zal daar geen verandering in brengen. Primair bepleit de advocaat afwijzing van het verzoek. Subsidiair refereert de advocaat zich aan het oordeel van de rechtbank.
De waarnemend kinderpsychiater heeft ter zitting verklaard, dat zij wel mogelijkheden ziet om betrokkene te behandelen.

3.Beoordeling

3.1
Uit de overgelegde stukken en het behandelde ter zitting is gebleken dat er ten aanzien van betrokkene sprake is van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel, gelegen in:
-levensgevaar;
-ernstig lichamelijk letsel;
-ernstige psychische schade;
-ernstig verstoorde ontwikkeling voor of van betrokkene of een ander.
Vermoed wordt dat dit nadeel wordt veroorzaakt door gedrag dat voortvloeit uit een psychische stoornis, te weten een autisme spectrum stoornis en een obsessief compulsieve stoornis. De crisissituatie is zo ernstig dat de procedure voor een zorgmachtiging niet kan worden afgewacht.
3.2.
De rechtbank is van oordeel dat de in de crisismaatregel genoemde zorg noodzakelijk is om het nadeel af te wenden.
Betrokkene verzet zich tegen deze zorg. Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben.
3.3
De voorgestelde verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
3.4
Gelet op het voorgaande zal een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel worden verleend, welke machtiging een geldigheidsduur heeft van drie weken na heden.

4.Beslissing

De rechtbank:
verleent een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel ten aanzien van:
[de man]
geboren op [geboortedag] 2002, [geboorteplaats] België,
inhoudende dat bij wijze van verplichte zorg de volgende maatregelen kunnen worden getroffen:
- toedienen van vocht voor de duur van drie weken;
- toedienen van voeding voor de duur van drie weken;
- toedienen van medicatie voor de duur van drie weken;
- verrichten medische controles voor de duur van drie weken;
- andere medische handelingen en therapeutische maatregelen voor de duur van drie weken;
- beperken van de bewegingsvrijheid voor de duur van drie weken;
- insluiten voor de duur van drie weken;
- uitoefenen van toezicht op betrokkene voor de duur van drie weken;
- onderzoek aan kleding of lichaam voor de duur van drie weken;
- onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen voor de duur van drie weken;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen voor de duur van drie weken;
- beperken van het recht op het ontvangen van bezoek voor de duur van drie weken;
- opnemen in een accommodatie voor de duur van drie weken;
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met
13 februari 2020.
Deze beschikking is gegeven door mr E.M.M. Engbers, rechter, bijgestaan door dhr. S.P.M. Flipse als griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 23 januari 2020.
De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 3 februari 2020.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.