ECLI:NL:RBDHA:2020:9569

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
28 juli 2020
Publicatiedatum
30 september 2020
Zaaknummer
NL20.13489
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening in asielzaak

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 28 juli 2020 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. De verzoeker, die een asielaanvraag had ingediend, had tegen het besluit van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid beroep ingesteld. In het bestreden besluit van 3 juli 2020 was de asielaanvraag van verzoeker niet in behandeling genomen. Verzoeker heeft vervolgens de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen. De zitting vond plaats op 21 juli 2020, maar verzoeker en zijn gemachtigde zijn niet verschenen, terwijl de verweerder zich wel heeft laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

De rechtbank heeft in de hoofdzaak uitspraak gedaan en het beroep van verzoeker ongegrond verklaard. Gezien deze beslissing in de hoofdzaak, was er geen grond meer voor het treffen van een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening dan ook afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.

De uitspraak is gedaan door mr. L.A. Banga, in aanwezigheid van mr. S. Westerhof, griffier. Vanwege de coronamaatregelen is deze uitspraak niet op een openbare zitting uitgesproken, maar zal, zodra het weer mogelijk is, alsnog openbaar worden uitgesproken. De uitspraak is bekendgemaakt op 28 juli 2020.

Uitspraak

uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Utrecht Bestuursrecht zaaknummer: NL20.13489
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[verzoeker], verzoeker V-nummer: [V-nummer]

(gemachtigde: mr. E.H. Bokhorst), en
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder (gemachtigde: mr. J.M.M. van Gils).

Procesverloop

In het besluit van 3 juli 2020 (het bestreden besluit) heeft verweerder de asielaanvraag van verzoeker niet in behandeling genomen.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De zitting heeft, samen met de behandeling van de zaak NL20.13488, plaatsgevonden op 21 juli 2020. Verzoeker en zijn gemachtigde zijn, met voorafgaand bericht, niet verschenen. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

De rechtbank heeft vandaag uitspraak gedaan in de hoofdzaak en het beroep ongegrond verklaard. Vanwege die beslissing in de hoofdzaak is er geen grond meer voor het treffen van een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. L.A. Banga, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. S. Westerhof, griffier. Als gevolg van maatregelen rondom het coronavirus is deze uitspraak niet uitgesproken op een openbare uitsprakenzitting. Zodra het openbaar uitspreken weer mogelijk is, wordt deze uitspraak, voor zover nodig, alsnog in het openbaar uitgesproken.
De uitspraak is gedaan en bekendgemaakt op:
28 juli 2020

Documentcode: [documentcode]

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.