Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[naam], verzoeker v-nummer: [nummer]
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 9 september 2021 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoeker, een Marokkaanse nationaliteit hebbende, had op 24 juni 2021 een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. Deze aanvraag werd door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid afgewezen als kennelijk ongegrond. Verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De zitting vond plaats op 11 augustus 2021, waarbij verzoeker werd vertegenwoordigd door zijn gemachtigde, mr. E.S. van Aken, en de staatssecretaris door mr. R.A.P.M. van der Zanden.
De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen vastgesteld dat verzoeker is geboren in 1990 en de Marokkaanse nationaliteit heeft. Tevens is er op dezelfde dag uitspraak gedaan in een andere zaak (NL21.10363) die verband houdt met het beroep van verzoeker. Gezien de uitspraak in die zaak, heeft de voorzieningenrechter het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. W.M.P. van Alphen, in aanwezigheid van griffier mr. S.D.C.J. Verheezen, en is openbaar gemaakt door middel van een geanonimiseerde publicatie. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.