ECLI:NL:RBDHA:2021:10028
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J.F.I. van Sinack
- Rechtspraak.nl
Vergoeding van kosten voor contra-expertise in asielprocedure
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan over de vergoeding van kosten voor een contra-expertise in het kader van een asielprocedure. Eiser, een Iraakse asielzoeker, had in 2015 een asielaanvraag ingediend die in 2017 was afgewezen. Na een eerdere uitspraak van de rechtbank, waarin werd geoordeeld dat eiser ten onrechte niet in de gelegenheid was gesteld om te reageren op een weerwoord van de IND, heeft eiser de Taalstudio ingeschakeld om een reactie op dit weerwoord op te stellen. Eiser verzocht het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) om de kosten van deze contra-expertise te vergoeden, maar het COA heeft dit verzoek gedeeltelijk afgewezen. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld.
De rechtbank heeft geoordeeld dat het COA in redelijkheid het maximumbedrag van € 315,- heeft kunnen vaststellen voor de vergoeding van de kosten. Eiser heeft niet aannemelijk gemaakt dat hij voor dit bedrag geen deskundige reactie op het weerwoord heeft kunnen laten opstellen. De rechtbank oordeelde dat de extra kosten die eiser aanvoert, niet voortkomen uit de inhoud van het werk van de contra-expert, maar meer uit de vertraging in de procedure. De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak is gedaan door mr. J.F.I. van Sinack op 9 september 2021 en is openbaar gemaakt. Tegen deze uitspraak staat hoger beroep open bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen vier weken na bekendmaking.