ECLI:NL:RBDHA:2021:11214

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
8 oktober 2021
Publicatiedatum
14 oktober 2021
Zaaknummer
NL21.7397, NL21.7399, NL21.7401, NL21.7403 en NL21.7405
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • B.F.Th. de Roos
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoeken om voorlopige voorziening in asielzaken

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 8 oktober 2021 uitspraak gedaan in vijf zaken met betrekking tot verzoeksters die asiel aanvragen. De verzoeksters, vertegenwoordigd door hun gemachtigde mr. E.J.L. van de Glind, hebben beroep ingesteld tegen de besluiten van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, die hun aanvragen om verlening van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd op 12 mei 2021 niet-ontvankelijk heeft verklaard. De verzoeksters vroegen de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening, zodat zij de behandeling van hun beroepen in Nederland konden afwachten.

De voorzieningenrechter heeft de verzoeken op 22 september 2021 behandeld in Breda, samen met andere zaken. In de uitspraak van vandaag heeft de rechtbank ook uitspraak gedaan op de beroepen die verband houden met deze verzoeken om voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de verzoeken om een voorlopige voorziening moeten worden afgewezen, omdat de rechtbank al uitspraak heeft gedaan op de beroepen.

Daarnaast is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. B.F.Th. de Roos, in aanwezigheid van griffier mr. A.S. Hamans, en is openbaar gemaakt via geanonimiseerde publicatie op de website van de rechtspraak. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
Zaaknummers: NL21.7397, NL21.7399, NL21.7401, NL21.7403 en NL21.7405

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaken tussen

[Naam 1], verzoekster 1, V-nummer: [Nummer 1]

[Naam 2], verzoekster 2, V-nummer: [Nummer 2]
[Naam 3], verzoekster 3, V-nummer: [Nummer 3]
[Naam 4], verzoekster 4, V-nummer: [Nummer 4]
[Naam 5], verzoekster 5, V-nummer: [Nummer 5]
hierna gezamenlijk te noemen: verzoeksters
(gemachtigde: mr. E.J.L. van de Glind),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigden: mr. M. Weerman en mr. H.J. Metselaar).

Procesverloop

Bij vijf afzonderlijke besluiten van 12 mei 2021 (de bestreden besluiten) heeft verweerder de aanvragen van verzoeksters om verlening van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet-ontvankelijk verklaard.
Verzoeksters hebben beroep ingesteld tegen de bestreden besluiten. Zij hebben verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen, inhoudende dat zij de behandeling van de beroepen in Nederland mogen afwachten.
De voorzieningenrechter heeft de verzoeken, samen met de zaken met nummers NL21.7396, NL21.7398, NL21.7400, NL21.7402 en NL21.7404, op 22 september 2021 op zitting behandeld in Breda. Verzoekers hebben zich laten vertegenwoordigen door hun gemachtigde. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door mr. H.J. Metselaar.

Overwegingen

1. Bij uitspraak van vandaag in de zaken met nummers NL21.7396, NL21.7398, NL21.7400, NL21.7402 en NL21.7404 heeft de rechtbank uitspraak gedaan op de beroepen waarop deze verzoeken om een voorlopige voorziening betrekking hebben. Om die reden worden de verzoeken afgewezen.
2. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst de verzoeken om een voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. B.F.Th. de Roos, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr.A.S. Hamans, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.