Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiser] , eiser
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
ProcesverloopBij besluit van 14 september 2021 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van eiser tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in de algemene procedure afgewezen als ongegrond.
Overwegingen
hoe is deze relatie ontstaan, kunt u daar wat meer over vertellen?’ [10] , maar verweerder heeft eiser vervolgens niet gevraagd hoe vaak eiser en [naam 1] elkaar zagen, waar ze afspraken, of hoe ze de relatie verborgen hielden. In dergelijke omstandigheden kan niet van eiser worden verwacht dat hij uit zichzelf meer verklaart over de relatie met [naam 1] .
moharebeh(‘vijandschap tegen God’) en
mofzed fi’l arz(‘verderf zaaien op aarde’). Eiser heeft verweerder verzocht het document op echtheid te laten beoordelen, maar verweerder heeft op dat verzoek niet gereageerd.
moharebeheen delict is waarvoor de doodstraf kan worden opgelegd. [11] De rechtbank leidt daaruit af dat eiser bij terugkeer mogelijk een reëel risico op een met artikel 3 van het EVRM [12] strijdige behandeling loopt. Gezien het absolute karakter van artikel 3 van het EVRM is verweerder gehouden nader onderzoek te verrichten naar de echtheid van het document en de gestelde problemen die hiermee samenhangen. Reeds om deze reden slaagt de beroepsgrond.
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit;