ECLI:NL:RBDHA:2021:12180

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
18 januari 2021
Publicatiedatum
8 november 2021
Zaaknummer
NL20.21559
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om proceskostenvergoeding in asielprocedure

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 18 januari 2021 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een asielprocedure. Verzoekster had tegen het besluit van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, waarin haar asielaanvraag niet in behandeling werd genomen, beroep ingesteld. Na een mededeling van verweerder op 28 december 2020 dat verzoekster in de nationale asielprocedure zou worden opgenomen, trok zij haar verzoek om voorlopige voorziening in, maar vroeg zij wel om een proceskostenvergoeding.

De voorzieningenrechter heeft op basis van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) zonder zitting uitspraak gedaan op het verzoek om proceskostenveroordeling. De rechter overwoog dat de veroordeling van een partij in de proceskosten is geregeld in de artikelen 8:75 en 8:75a van de Awb. Aangezien verzoekster haar verzoek om voorlopige voorziening had ingetrokken omdat verweerder haar tegemoet was gekomen, kon de rechter niet anders dan het verzoek om proceskostenvergoeding afwijzen.

De voorzieningenrechter heeft verder aangegeven dat de motivering in de beroepsprocedure (NL20.21558) ook van toepassing is op deze zaak. Verweerder had immers geen reden om verzoekster te vergoeden, omdat hij haar asielverzoek alsnog in behandeling nam op basis van veranderende omstandigheden. De uitspraak is gedaan door mr. M.P. Glerum, in aanwezigheid van griffier mr. S. Westerhof, en is openbaar gemaakt op rechtspraak.nl.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Utrecht Bestuursrecht zaaknummer: NL20.21559
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[verzoekster] , te [woonplaats] , verzoekster V-nummer: [v-nummer]

(gemachtigde: mr. M. Grigorjan), en
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder.

Procesverloop

In het besluit van 15 december 2020 (het bestreden besluit) heeft verweerder de asielaanvraag van verzoekster niet in behandeling genomen.
Verzoekster heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Zij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
Op 28 december 2020 heeft verweerder meegedeeld dat verzoekster in de nationale asielprocedure wordt opgenomen en dat haar asielaanvraag dus in behandeling wordt genomen.
Naar aanleiding hiervan heeft verzoekster het verzoek om voorlopige voorziening ingetrokken met daarbij het verzoek verweerder te veroordelen tot vergoeding van de proceskosten.
De voorzieningenrechter heeft verweerder in de gelegenheid gesteld te reageren op dat verzoek.
Verweerder heeft op 14 januari 2021 de rechtbank meegedeeld dat hij geen reden ziet om over te gaan tot een proceskostenvergoeding.

Overwegingen

1. De voorzieningenrechter doet op grond van artikel 8:84, vijfde lid, gelezen in samenhang met artikel 8:75a en artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) zonder zitting uitspraak op het verzoek om proceskostenveroordeling.
2. De veroordeling van een partij in de proceskosten is geregeld in de artikelen 8:75 en 8:75a van de Awb en nader uitgewerkt in het Besluit proceskosten bestuursrecht (Bpb). Die wetsartikelen zijn op grond van artikel 8:84, vijfde lid, van de Awb ook van toepassing op de voorlopige voorzieningenprocedure. Als een verzoek om voorlopige voorziening wordt ingetrokken, omdat het bestuursorgaan geheel of gedeeltelijk aan de indiener van het verzoekschrift is tegemoet gekomen, kan de voorzieningenrechter op verzoek van de indiener dat bestuursorgaan bij afzonderlijke uitspraak veroordelen in de proceskosten. Dit is geregeld in artikel 8:75a van de Awb..
3. In de beroepsprocedure, NL20.21558, is vandaag uitspraak gedaan. De motivering in die uitspraak geldt ook voor deze zaak. Verweerder is niet tegemoet gekomen aan verzoekster, omdat op grond van veranderende omstandigheden verweerder alsnog haar asielverzoek in behandeling neemt. Daarom wordt ook in deze zaak het verzoek om verweerder te veroordelen in de proceskosten afgewezen.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om proceskostenvergoeding af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. M.P. Glerum, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. S. Westerhof, griffier.
De uitspraak is uitgesproken en bekendgemaakt op
18 januari 2021
en zal openbaar worden gemaakt door publicatie op rechtspraak.nl.
Mr. M.P. Glerum S. Westerhof
Rechter Griffier
Rechtbank Midden-Nederland Rechtbank Midden-Nederland
Documentcode: [documentcode]
Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.