2.6.Bij brief van 26 maart 2021 is de werknemer door de werkgever op staande voet ontslagen. De inhoud van die brief luidt – voor zover hier van belang – als volgt:
“Misstanden
Vanaf 1 februari 2021 bent u niet langer werkzaam als Leerling Verpleegkundige en hebt u zodoende niet langer toegang tot de medicatiekast en opiatenkast, waarin medicatie en opiaten ten behoeve van de bewoners worden opgeslagen. Recent, op dinsdag 23 maart, einde van de middag, is ons duidelijk geworden dat in korte tijd aanzienlijk minder Oxycodon is verbruikt. Dit medicijn valt onder de Opiumwet. Deze fluctuatie in verbruik van Oxycodon heeft aanleiding gegeven om nader onderzoek te verrichten naar de administratie van de uitgifte van opiaten. [...] heeft dit onderzoek verricht.
Valse parafen
Uit het onderzoek naar de administratie is gebleken dat in ieder geval in de periode van 1 juni 2020 tot 1 februari 2021 opvallend veel Oxycodon door u is uitgegeven, meer dan onder de naam van andere collega’s.
Onder meer opvallend, omdat sinds 1 februari 2021 aanzienlijk minder Oxycodon is uitgegeven, terwijl de vraag daarnaar onder de bewoners niet is gewijzigd sinds 1 februari 2021. Deze bevindingen hebben aanleiding gegeven om onderzoek te doen naar de juistheid en rechtmatigheid van de uitgifte van Oxycodon onder uw naam.
Uit het onderzoek naar het paraferen van het opiatenformulier bij de uitgifte van de Oxycodon, blijkt dat steeds twee parafen zijn genoteerd. Eén paraaf (en de paraaf van u is altijd de eerste geweest op dit formulier) met uw naam en een paraaf met een naam van een collega. Uit de vergelijking van deze administratie met de werkroosters, is gebleken dat de betreffende collega — van wie de tweede paraaf op het opiatenformulier zou zijn — in veel gevallen niet werkzaam is geweest op de betreffende dag van uitgifte van de Oxycodon. Uit nader onderzoek is ons gebleken dat in vele gevallen de betreffende op het opiatenformulier genoteerde collega niet zelf de paraaf heeft geplaatst. In die betreffende gevallen bleken de parafen te zijn vervalst. (…)
Wij hebben u gevraagd naar uw reactie op het vorenstaande. U hebt toegegeven dat u herhaaldelijk, alleen — zonder een tweede daartoe bevoegde collega — Oxycodon uit de opiatenkast heeft gehaald en daartoe de parafen van collega’s op de opiatenformulieren heeft vervalst. Als reden daartoe heeft u meerdere keren aangegeven dat de uitgifte van de Oxycodon dan sneller gaat. Desgevraagd heeft u aangegeven de Oxycodon niet zelf mee naar huis te hebben genomen of zelf te hebben ingenomen. U zag de bewoonster lijden, wat maakt dat u extra Oxycodon heeft gegeven. Dit zou in lijn zijn geweest met het advies van de arts over de toegestane maximum hoeveelheid die de bewoonster toegediend mocht krijgen.
Parafen op andere dagen dan werkdagen
Verder is uit het onderzoek ook gebleken dat uw parafen terugkomen op opiatenformulieren voor de uitgifte van Oxycodon op dagen waarop u volgens het werkrooster geen werkzaamheden heeft verricht voor [werkgever] . (…)
Verzuimd te rapporteren in Medimo en het ECD
Ook is gebleken dat in veel gevallen waarin onder uw naam Oxycodon uit de opiatenkast is gehaald, dit niet is gerapporteerd in Medimo en de toediening van de Oxycodon niet is geadministreerd in het ECD van een bewoonster. Wij hebben u hiernaar gevraagd en u hebt aangegeven dat u die registratie inderdaad achterwege hebt gelaten. Op de vraag naar de reden waarom u hebt verzuimd de toediening van de Oxycodon te registreren, heeft u niet willen antwoorden.
Wij hebben aanleiding om aan te nemen dat u onder meer de hiervoor omschreven procedures en voorschriften ernstig hebt veronachtzaamd en dat u daarbij onder andere handtekeningen van collega’s heeft vervalst, valselijke informatie heeft geregistreerd en tevens hebt verzuimd om de verplichte registratie bij te houden. U hebt bewust en stelselmatig gehandeld in strijd met de voorschriften en hebt daarmee de zorg van de bewoners van [werkgever] in ernstige mate in gevaar gebracht.
U hebt misbruik gemaakt van uw positie als Leerling Verpleegkundige. U had rekening moeten houden met uw verantwoordelijkheid die uw functie met zich bracht en met de binnen [werkgever] geldende regels, die u kent. Uw gedrag is ontoelaatbaar.
Ernst van de situatie en ontslag op staande voet
Gelet op de ernst van de situatie, hebben wij besloten u, gelet op alle hiervoor genoemde feiten en (persoonlijke) omstandigheden, op staande voet te ontslaan. Wij beschouwen alle hiervoor genoemde feiten en omstandigheden, zowel afzonderlijk doch ook als geheel, als een dringende reden voor een ontslag op staande voet in de zin van artikel 7:678 BW.
U wist en had moeten weten dat uw gedrag ontoelaatbaar is. Uw persoonlijke omstandigheden, zoals onder meer de gevolgen die dit ontslag voor u zal hebben, hebben wij afgewogen tegen de aard en de ernst van de dringende reden(en) die aan het ontslag ten grondslag liggen. Deze omstandigheden, alsmede uw reactie op het bovenstaande in het gesprek van 25 maart 2021, doen er niet aan af dat [werkgever] met onmiddellijke ingang per vandaag —26 maart 2021 — de arbeidsovereenkomst met u opzegt. Dit betekent dat per direct de loondoorbetaling stopt en u niet langer in dienst bent van [werkgever] . (…)”