Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 26 maart 2021 in de zaak tussen
[eiser] , geboren op [geboortedatum] 1999,
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 26 maart 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen eisers, een gezin van Iraakse nationaliteit, en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De eisers hadden op 25 februari 2019 een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd op grond van de Afsluitingsregeling langdurig verblijvende kinderen. Deze aanvraag werd door de Staatssecretaris op 8 november 2019 buiten behandeling gesteld, omdat de eisers de verschuldigde leges niet hadden betaald. Het bezwaar van de eisers tegen deze beslissing werd op 28 maart 2020 ongegrond verklaard, waarna zij beroep instelden bij de rechtbank.
Tijdens de zitting op 12 februari 2021 zijn de eisers niet verschenen, maar was de Staatssecretaris vertegenwoordigd door een gemachtigde. De rechtbank overwoog dat de eisers niet in aanmerking kwamen voor vrijstelling van de leges, ondanks hun beroep op betalingsonmacht. De rechtbank stelde vast dat de eisers tweemaal in de gelegenheid waren gesteld om de leges te betalen, maar hier geen gebruik van hadden gemaakt. De rechtbank concludeerde dat de aanvraag terecht buiten behandeling was gesteld, omdat de eisers niet voldaan hadden aan de legesverplichting.
Daarnaast werd door de eisers aangevoerd dat het niet in behandeling nemen van hun aanvraag in strijd was met artikel 47 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie. De rechtbank oordeelde echter dat de aanvraag een nationale verblijfsvergunning betrof en dat het Unierecht niet van toepassing was. Ook dit verweer werd verworpen. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en wees het verzoek om vrijstelling van griffierecht toe, waardoor de eisers geen griffierecht verschuldigd waren. De uitspraak werd gedaan door rechter L.M. Reijnierse, in aanwezigheid van griffier E. Diele.