Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de meervoudige kamer in de zaak tussen
[eiser] , eiser
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
ProcesverloopBij besluit van 11 juni 2019 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van eiser tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in de verlengde procedure afgewezen als kennelijk ongegrond.
Overwegingen
De beroepsgrond slaagt niet.
a. de Algemene Inlichtingendienst;
b. de Militaire Inlichtingendienst;
c. de Speciale Veiligheidsdienst;
d. de Algemene Veiligheidsdienst; en
e. de Militaire Veiligheidsdienst; en
- officieren van de Speciale Veiligheidsdienst ten tijde van het Baath-regime.
de rechtbank begrijpt p.13):
Nog even terug komend op het vorige gehoor. We hebben het toen gehad over uw werkzaamheden voor de Al Amn Al Khas. U vertelde dat u vanaf 1998 tot de val van het regime als inlichtingenofficier werkzaam was voor de Al Amn Al Khas, binnen het onderdeel dat toezicht hield op de beide gardes (RG en SRG)
Uit pagina 8 van het Eerste Gehoor blijkt dat eiser heeft verklaard dat hij werkzaam was voor een militaire inlichtingendienst (Dairat Amn Al Haras Al Jumhuri, ook wel Istikbarat). Hieruit blijkt niet dat eiser heeft verklaard dat hij in dienst was van de Speciale Veiligheidsdienst. Uit de aangehaalde passage uit het Aanvullend Gehoor 1(F) van 30 juni 2018 volgt dat ook niet, omdat hij daar alleen heeft verklaard inlichtingenofficier te zijn geweest.
Uit de hiervoor weergegeven passages uit het Aanvullend Gehoor 1(F) van 3 en 19 december 2018 blijkt evenmin voldoende dat eiser werkzaam was als officier van de Speciale Veiligheidsdienst. De rechtbank wijst in dit verband op de vertaling van de relevante passages door de deskundige.
In passages op pagina’s 65 en 66, waarop pagina 12 van het rapport AG is gebaseerd, staat het volgende:
(…)
GA/V: (…) maakt deze dienst deel uit van de AMN ALKHAS? AMN ALMOKHABARAT,
GA/V: vóór de pauze hebben we gehad over uw functie, u vertelde dat was werkzaam bent binnen de speciale republikeinse garde en dat u op gegeven moment in 1998 als inlichtingenofficier bij de ALAMN ALKHAS van de republikeinse garde toezicht hield klopt dat?
Ook de overige passages die zijn aangehaald in het bestreden besluit (op pagina 4) overtuigen de rechtbank niet. Op pagina 17 van het rapport AG verklaart eiser immers niet dat hij in dienst is van de Speciale Veiligheidsdienst, maar van de Speciale Republikeinse Garde en dat hij als neventaak informatie voor de Speciale Veiligheidsdienst verzamelde.
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit;
één weekna de dag van bekendmaking.