ECLI:NL:RBDHA:2021:16073
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Asielaanvraag en Dublinverordening: beoordeling van claimakkoord en minderjarigheid
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 8 juli 2021 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de asielaanvraag van eiser, die door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid niet in behandeling is genomen. De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard. Eiser betwistte dat Italië verantwoordelijk was voor zijn asielverzoek op basis van de Dublinverordening, en voerde aan dat verweerder hem mogelijk verward had met een andere asielzoeker, omdat er een onjuiste foto was meegestuurd in het claimverzoek. Eiser stelde dat dit de juistheid van het claimakkoord in twijfel trok. Daarnaast voerde hij aan dat hij minderjarig was, terwijl verweerder uitging van een meerderjarige leeftijd.
De rechtbank overwoog dat verweerder terecht had mogen uitgaan van de juistheid van het claimakkoord, ondanks de onjuiste foto. De rechtbank oordeelde dat de informatie in het claimverzoek voldoende was voor identificatie door de Italiaanse autoriteiten. Wat betreft de leeftijd van eiser, concludeerde de rechtbank dat verweerder op basis van de leeftijdsschouw en de registratie in Italië kon concluderen dat eiser meerderjarig was. Eiser had niet aangetoond dat de registratie in Italië onjuist was, en de rechtbank vond geen reden om aan de juistheid van de schouw te twijfelen.
De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en oordeelde dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar gemaakt en kan worden aangevochten bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen een week na bekendmaking.