ECLI:NL:RBDHA:2021:16088

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
14 juli 2021
Publicatiedatum
8 april 2022
Zaaknummer
NL21.3623
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens ontbreken procesbelang in terugkeerbesluit en inreisverbod

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 6 juli 2021 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende een terugkeerbesluit en een inreisverbod dat aan eiser was opgelegd door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Eiser had op 13 februari 2021 een terugkeerbesluit en een inreisverbod voor de duur van twee jaar ontvangen. Tegen dit besluit heeft eiser beroep ingesteld, maar op de zitting van 6 juli 2021 is eiser, noch zijn gemachtigde, verschenen. De gemachtigde van eiser had voorafgaand aan de zitting aan de rechtbank laten weten dat hij geen contact meer had gehad met zijn cliënt en daarom niet op de zitting zou verschijnen. De rechtbank heeft vastgesteld dat het onbekend is waar eiser verblijft en dat ook de verweerder deze informatie niet heeft.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Utrecht Bestuursrecht zaaknummer: NL21.3623
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[eiser] , eiser V-nummer: [V-nummer]

(gemachtigde: mr. H.A. Rispens), en
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder (gemachtigde: mr. G.T. Cambier).

Procesverloop

Bij besluit van 13 februari 2021 (het bestreden besluit) heeft verweerder aan eiser een terugkeerbesluit en een inreisverbod voor de duur van twee jaar opgelegd.
Eiser heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.
De rechtbank heeft het beroep op 6 juli 2021 op zitting behandeld. Eiser en zijn gemachtigde zijn niet verschenen. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.
Na afloop van de behandeling van de zaak ter zitting heeft de rechtbank onmiddellijk uitspraak gedaan.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk.

Overwegingen

1. De rechtbank geeft hiervoor de volgende motivering.
2. De gemachtigde van eiser heeft op 6 juli 2021 een bericht naar de rechtbank verzonden waarin staat dat hij de afgelopen periode niets meer heeft vernomen van zijn cliënt en dat hij daarom niet op zitting zal verschijnen. Eiser is ook niet op zitting verschenen. Het is niet bekend waar eiser op dit moment verblijft. Ook verweerder weet dit niet.
3. De rechtbank stelt vast dat eiser geen contact met zijn gemachtigde onderhoudt. Niet
bekend is waar en of hij nog in Nederland verblijft en hij is ook niet op zitting verschenen om uit te leggen waarom hij het niet eens is met de beslissing. De rechtbank leidt uit deze omstandigheden af dat eiser geen prijs meer stelt op de behandeling van zijn beroep. De rechtbank verklaart het beroep daarom niet-ontvankelijk vanwege het ontbreken van procesbelang.
Deze uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 6 juli 2021 door mr. B. Fijnheer, rechter, in aanwezigheid van mr. L. van der Ruizendaal - van der Veen, griffier.
Dit proces-verbaal is bekendgemaakt op:
14 juli 2021

Documentcode: [documentcode]

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak kan hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen vier weken na de dag van bekendmaking.