Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiser] , eiser V-nummer: [V-nummer]
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 19 augustus 2021 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de maatregel van bewaring van een vreemdeling, eiser, op grond van artikel 59a van de Vreemdelingenwet 2000. Eiser had beroep ingesteld tegen het besluit van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, dat hem in bewaring had gesteld. Eiser betwistte dat hij als Dublinclaimant in bewaring had mogen worden gesteld en voerde aan dat Nederland verantwoordelijk was voor zijn asielaanvraag. Tijdens de zitting op 16 augustus 2021 was eiser aanwezig, bijgestaan door een waarnemer van zijn gemachtigde, en was er een tolk aanwezig. De rechtbank overwoog dat er een concreet aanknopingspunt was voor de overdracht van eiser aan Frankrijk op basis van de Dublinverordening, en dat er een significant risico bestond dat eiser zich aan het toezicht zou onttrekken. De rechtbank oordeelde dat de beroepsgronden van eiser faalden, en dat verweerder voldoende gemotiveerd had waarom de maatregel van bewaring noodzakelijk was. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en wees ook het verzoek om schadevergoeding af. De uitspraak werd openbaar gemaakt op rechtspraak.nl.