ECLI:NL:RBDHA:2021:17127

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
2 september 2021
Publicatiedatum
7 november 2022
Zaaknummer
NL21.641
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Asielaanvraag en geloofwaardigheid van verklaringen van eiser met betrekking tot problemen in Rusland en Azerbeidzjan

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 2 september 2021 uitspraak gedaan in een asielprocedure. Eiser, die stelt de Russische en Azerbeidzjaanse nationaliteit te hebben, heeft een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel, welke door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid is afgewezen. De rechtbank heeft het beroep van eiser behandeld na een eerdere zitting op 17 mei 2021, waar partijen hun standpunten hebben toegelicht. Eiser heeft aangevoerd dat hij vanwege zijn deelname aan protestacties in Rusland gevaar loopt, maar de rechtbank oordeelt dat de problemen die hij stelt te ondervinden met de Russische autoriteiten niet geloofwaardig zijn. De rechtbank heeft echter vastgesteld dat de problemen van eiser in Azerbeidzjan niet voldoende zijn beoordeeld door de verweerder. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit voor zover het betreft de problemen in Azerbeidzjan en draagt de verweerder op om binnen vier weken een nieuw besluit te nemen. Tevens is de verweerder veroordeeld in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 1.496,-. De uitspraak is openbaar gemaakt op rechtspraak.nl.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Amersfoort Bestuursrecht zaaknummer: NL21.641
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[eiser] , eiser V-nummer: [V-nummer] (gemachtigde: mr. E. Ebes),

en
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder (gemachtigde: mr. J.J.F.M. van Raak).

Procesverloop

Bij besluit van 18 december 2020 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van eiser tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in de algemene procedure afgewezen als ongegrond.
Eiser heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
De rechtbank heeft het beroep op 17 mei 2021 op zitting behandeld. Eiser en verweerder zijn daar vertegenwoordigd door hun gemachtigden. De rechtbank heeft de behandeling op zitting geschorst en verweerder gevraagd om nadere informatie te verstrekken.
Verweerder heeft de gevraagde informatie aan de rechtbank verstrekt en eiser heeft daarop gereageerd. Vervolgens hebben partijen hun standpunten toegelicht.
Nadat partijen hedden ingestemd om een nadere zitting achterwege te laten, heeft de rechtbank heeft het onderzoek gesloten.

Overwegingen

1. Eiser stelt de Russische en de Azerbeidzjaanse nationaliteit te hebben en te zijn geboren op [geboortedatum] 1966.
2. Eiser heeft aan zijn asielaanvraag ten grondslag gelegd dat hij van 2010 tot 2015 een aantal keer heeft deelgenomen aan protestacties en demonstraties tegen het politieke
systeem in Rusland. Volgens eiser heeft iedere burger het recht om voor zijn rechten op te
komen maar worden de burgers in Rusland niet beschermd door de wet of de rechterlijke macht. Na een waarschuwing van zijn baas naar aanleiding van zijn deelname aan demonstraties, en zijn weigering om op Poetin te stemmen, is eiser in 2015 ontslagen. Hij is sindsdien ondernemer maar werd nog steeds lastig gevallen door middel van vele controles. Eiser stelt dat hij in 2015 vanwege zijn deelname aan demonstraties door de politie is mishandeld en vernederd. In 2018 is dat nog een keer gebeurd en toen besloot hij Rusland te verlaten. Dat kon niet op een legale wijze. Volgens eiser loopt hij in Rusland gevaar vanwege zijn protesten tegen de overheid. Hij vreest te worden opgepakt en voor vijf of tien jaar in de gevangenis te worden gegooid. Eiser stelt verder dat hij zich in Azerbeidzjan heeft bekeerd tot het christelijk geloof en daarvan problemen heeft ondervonden.
3. Het asielrelaas van eiser bevat volgens verweerder de volgende relevante elementen:
- identiteit, nationaliteit en herkomst;
- persoonlijke problemen met de Russische autoriteiten vanwege deelname aan protesten
4. Verweerder heeft zich hierover op het standpunt gesteld dat eisers identiteit, nationaliteit en herkomst geloofwaardig zijn, maar dat zijn gestelde problemen met de Russische autoriteiten niet geloofwaardig zijn. Verweerder legt daaraan ten grondslag dat eiser heeft verklaard dat hij niet kon uitreizen uit Rusland, maar dat uit de signalering in het nationaal Schengeninformatie systeem N-SIS blijkt dat hij dat wel heeft gedaan. Ook vindt verweerder het vreemd dat eiser ondanks zijn gestelde problemen reisdocumenten en een medisch boekje van de Russische autoriteiten heeft kunnen verkrijgen. Verder kan verweerder uit het YouTube filmpje gestreamd op 23 september 2018 niet afleiden dat eiser actief deelnemer is geweest aan een demonstratie tegen de Russische overheid. Tot slot werpt verweerder tegen dat eiser wisselend heeft verklaard over de verkoop van zijn woning en over de perioden en het aantal keren dat hij problemen met de politie heeft gehad. Hij concludeert daarom dat de asielaanvraag wordt afgewezen als ongegrond.
Procesbelang
5. Verweerder stelt zich nader op het standpunt dat het beroep niet-ontvankelijk is, omdat eiser geen procesbelang meer heeft. Eiser is op 1 maart 2021 vrijwillig uit de opvang vertrokken en staat sinds 31 maart 2021 geregistreerd als met onbekende bestemming vertrokken. Hij heeft sindsdien ook niet meer in persoon of telefonisch de Nederlandse autoriteiten laten weten dat hij nog prijs stelt op asielrechtelijke bescherming in Nederland. Verweerder heeft op 21 juni 2021 van de Duitse autoriteiten het bericht ontvangen dat eiser op 25 mei 2021 in Duitsland een asielverzoek heeft ingediend.
6. Eiser voert hiertegen aan dat de nieuwe informatie van de Duitse autoriteiten niet bij de beoordeling mag worden betrokken. Eiser vindt dat hij wel procesbelang heeft. Eiser staat via de mail in contact met zijn gemachtigde. Eiser verwijst naar zijn e-mail van
16 juli 2021, waarin hij gemachtigde vraagt of er al uitspraak is gedaan in zijn zaak. Eiser vindt het ook in strijd met de goede procesorde dat verweerder het tijdsverloop aangrijpt om met een aanvullende motivering van het besluit te komen.
7. Uit vaste rechtspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State1 blijkt dat, indien de vreemdeling met onbekende bestemming is vertrokken zonder contact te onderhouden met zijn gemachtigde, wordt geconcludeerd dat hij kennelijk geen prijs meer stelt op de door hem aanvankelijk gezochte bescherming hier te lande. In dat geval heeft de vreemdeling geen rechtens te beschermen belang meer bij een inhoudelijke beoordeling van het ingestelde beroep.
8. De rechtbank stelt vast dat eiser via de mail contact met zijn gemachtigde onderhoudt. Op zitting is gebleken dat eiser op 13 mei 2021 gemachtigde per mail heeft bericht dat hij op zitting aanwezig zou zijn. Gemachtigde heeft verder aangegeven dat zij op 15 mei 2021 vanuit eisers e-mailaccount namens hem een mail heeft ontvangen waaruit volgt dat eiser in het ziekenhuis ligt naar aanleiding van een steekpartij en daarom niet naar de zitting kan komen. Eiser heeft na schorsing van het onderzoek ter zitting in zijn e-mail van 16 juli 2021 te kennen gegeven nog prijs te stellen op een uitspraak op zijn asielberoep. Hieruit volgt al dat eiser nog procesbelang heeft. De rechtbank zal het beroep dan ook inhoudelijk behandelen.
Problemen in Azerbeidzjan
9. Eiser voert aan dat het besluit onzorgvuldig is genomen, omdat verweerder de problemen van eiser in Azerbeidzjan niet inhoudelijk heeft beoordeeld. Volgens eiser is dat een relevant asielelement.
10. Verweerder stelt zich op het standpunt dat hij de gestelde problemen van eiser in Azerbeidzjan terecht niet op geloofwaardigheid heeft getoetst. Nu de gestelde problemen van eiser in Rusland ongeloofwaardig zijn, mag van eiser worden verlangd dat hij zich in Rusland vestigt om zich aan dreigende of zich voordoende moeilijkheden in Azerbeidzjan te onttrekken.
11. In de werkinstructie over de inhoudelijke beoordeling van asielrelazen, WI 2014/10, staat dat een relevant element een feit of omstandigheid is die raakt aan tenminste één onderwerp of verhaallijn en die in verband staat met vluchtelingschap dan wel artikel 3 van het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM). De rechtbank is van oordeel dat de gestelde problemen van eiser in Azerbeidzjan wegens zijn bekering tot het christendom een relevant asielelement is als bedoeld in de werkinstructie. Verweerder heeft deze gestelde problemen van eiser ten onrechte niet als zelfstandig relevant element aangemerkt en getoetst. Dat het een vaste werkwijze van verweerder is om het relaas op één nationaliteit te toetsen, maakt dat niet anders. Deze beroepsgrond slaagt.
FMMU advies
12. Eiser voert aan dat bij het horen en beslissen ten onrechte geen rekening is gehouden met de beperkingen genoemd in het FMMU-advies. Uit het verslag van het nader het gehoor blijkt dat sprake was van een zeer moeizame communicatie met eiser, die pas na de wisseling van de gehoormedewerker en de tolk beter werd. Verweerder had daarom zijn
1. Zie bijvoorbeeld de uitspraak van 22 januari 2014, ECLI:NL:RVS:2014:183.
verklaringen afgelegd tijdens het eerste deel van het gehoor (pagina’s 1 tot en met 19) buiten beschouwing moeten laten bij de beoordeling van de geloofwaardigheid.
13. Verweerder stelt zich op het standpunt dat uit het FMMU-advies niet volgt dat eiser niet goed kan verklaren en dat dit ook niet blijkt uit het verslag nader gehoor. Verweerder ziet dan ook geen aanleiding om eisers verklaring in het eerste deel van dat gehoor buiten beschouwing te laten.
14. In het FFMU-advies van 14 november 2019 staat dat bij eiser rekening moet worden gehouden met emotionele reacties, dat eiser soms moeite heeft met doorademen en dat hem regelmatig een pauze moet worden aangeboden. De rechtbank is van oordeel dat tijdens het nader gehoor voldoende rekening is gehouden met het advies van FMMU. Er is eiser gevraagd hoe hij zich voelde en er zijn geregeld pauzes ingelast.2 Dat eiser soms moeite heeft om dingen te onthouden door stress, het overlijden van zijn dochter en vanwege hartproblemen, is niet aannemelijk gemaakt. Uit het medisch advies blijkt niet dat de medische klachten invloed hebben gehad op eisers geheugen. Uit het verslag blijkt weliswaar dat de communicatie met de tolk Russisch tijdens het eerste deel van het nader gehoor moeizaam is geweest, maar niet dat sprake is geweest van miscommunicatie of dat eiser de vraagstelling van de tolk niet heeft begrepen. Aan het begin van het gehoor is eiser gevraagd of hij de tolk in de Russische taal goed begrijpt en verstaat. Hierop heeft eiser bevestigend geantwoord. Verder is eiser gezegd het direct te melden, als hij de tolk niet
goed begrijpt of verstaat. Ook hierop heeft eiser bevestigend gereageerd. Nu eiser gedurende het eerste deel van zijn nader gehoor nergens heeft aangegeven dat hij de tolk niet goed begrijpt of verstaat, heeft verweerder eisers verklaringen afgelegd in het eerste deel van het gehoor bij zijn beoordeling niet buiten beschouwing hoeven laten. De beroepsgrond slaagt niet.
Reisroute en documenten
15. Eiser voert aan dat zijn reisroute veel meer details bevat en dat verweerder ten onrechte alleen de grote lijnen van zijn verhaal heeft betrokken. Eiser heeft in september/oktober 2018 met hulp van een smokkelaar Rusland verlaten en is naar
Wit Rusland gebracht. Vanuit Wit Rusland is eiser zonder visum legaal Montenegro ingereisd. Vanuit Montenegro is hij met de bus naar Servië gegaan. Vanaf daar volgde een zware voettocht door de bossen naar Roemenië, waar eiser is aangehouden en teruggestuurd naar Servië. Volgens eiser wordt dit bevestigd met de signalering in het N-SIS. Omdat eiser niet kon doorreizen naar Schengengebied is hij teruggekeerd naar Wit-Rusland. Vandaar is eiser naar Oekraïne gereisd en via Kiev naar Nederland gevlogen.
16. Op verzoek van de rechtbank heeft verweerder de informatie uit het N-SIS overgelegd. Daaruit blijkt dat eiser op 8 oktober 2018 illegaal de grens van Servië naar Roemenië is gepasseerd en dat hij toen beschikte over zijn binnenlands Russisch paspoort afgegeven op 13 juli 2011, zijn buitenlands Russisch paspoort afgegeven op
18 februari 2014 en zijn Russisch medische boekje afgegeven op 20 april 2017 door de Federale Dienst voor het Toezicht op de gezondheid van consumenten en het welzijn van mensen.
2 Nader Gehoor (NG) pagina’s 3, 22 en 38.
17. De rechtbank is van oordeel dat verweerder zich terecht op het standpunt heeft gesteld dat eiser wisselend heeft verklaard over zijn reisroute. De in beroep weergegeven reisroute strookt niet (volledig) met eisers verklaring in het eerste gehoor en nader gehoor3 dat hij in 5 oktober 2019 vanuit Rusland naar Azerbeidzjan is gegaan en vandaar op
5 november 2019 via Georgië, naar Istanboel, Wit Rusland en Oekraïne en vanuit daar naar Nederland is gereisd. Eisers verklaring over zijn illegale uitreisroute in 2018 wordt ook niet ondersteund door de informatie uit N-SIS. Daaruit blijkt immers dat eiser de grens van Servië naar Roemenië illegaal is gepasseerd en niet andersom zoals eiser zegt. Verweerder heeft zich op het standpunt kunnen stellen dat het feit dat eiser in 2018 Rusland heeft kunnen verlaten, afbreuk doet aan de geloofwaardigheid van zijn verklaring dat hij Rusland niet kon uitreizen vanwege de problemen die hij had met de Russische overheid.
Verweerder heeft daarbij kunnen ook betrekken dat eiser zijn verklaring dat hij Rusland (legaal) met zijn paspoort heeft verlaten en met het vliegtuig via Turkije naar Nederland is gereisd niet met documenten heeft onderbouwd. Hij heeft gezegd dat hij zijn paspoort in Nederland heeft verscheurd uit angst om teruggestuurd te worden.
18. Verweerder heeft het verder vreemd kunnen vinden dat eiser vanaf 2011 problemen heeft ondervonden met de Russische autoriteiten en daarna in 2012, 2015 en 2018 nog meer problemen heeft gehad, terwijl hij in 2014 een Russisch paspoort heeft kunnen aanvragen en in 2017 een medisch boekje gerelateerd aan zijn werkzaamheden bij de Russische […] heeft verkregen. Eisers stelling dat 40% van de bevolking zo’n medisch boekje heeft, maakt dat niet anders. Eiser heeft deze documenten van de overheid verkregen, terwijl hij werkzaam is geweest in de publieke sector. Eiser heeft het document in 2017 verkregen na zijn deelname aan de demonstratie en na de gestelde waarschuwingen en zijn ontslag door zijn werkgever in 2015. Dit duidt er niet op dat eiser bij de Russische autoriteiten in de negatieve belangstelling staat vanwege zijn gestelde politieke activiteiten.
YouTube filmpje
19. Eiser voert aan dat met het YouTube filmpje is aangetoond dat hij heeft deelgenomen aan de demonstraties tegen de Russische overheid en dat verweerder bij de beoordeling van zijn relaas ook externe geloofwaardigheidsindicatoren moet betrekken. Uit het ambtsbericht over de Russische Federatie van december 20184 blijkt dat Navalny opriep tot een boycot van de verkiezingen, dat enkele duizenden aanhangers hem volgde in zijn anti-corruptie demonstraties en dat velen van hen werden opgepakt. Gelet op deze informatie uit het ambtsbericht kan verweerder niet volhouden dat eiser vanwege zijn deelname aan de demonstratie niet in de negatieve belangstelling van de autoriteiten is komen te staan. Eiser beschikte over een map met bewijsstukken en foto’s, maar die is tijdens zijn reis gestolen.
20. Verweerder stelt zich op het standpunt dat hij uit het YouTube filmpje niet kan afleiden dat eiser actief deelnemer is aan een demonstratie gericht tegen de Russische overheid. Te zien is dat eiser de Russische vlag vasthoudt, maar hij wordt niet met naam geïdentificeerd. Eiser heeft geen andere documenten overgelegd waarmee hij zijn deelname aan demonstraties gericht tegen de Russische overheid kan aantonen.
3 Eerste Gehoor (EG), pagina 9 en NG pagina 11.
4 Op pagina 57.
21. De rechtbank is van oordeel dat verweerder zich op het standpunt heeft kunnen stellen dat het YouTube filmpje gestreamd op 23 september 2018 nog geen bewijs is dat eiser vanwege zijn deelname aan de demonstratie in de negatieve belangstelling van de Russische autoriteiten staat. Eiser is op het filmpje niet met naam en toenaam geïdentificeerd en er zijn ook vele andere personen in beeld. Eiser heeft ook geen andere documenten overgelegd waaruit blijkt dat hij vanwege zijn deelname aan protestacties tegen de Russische overheid in de negatieve belangstelling van de autoriteiten staat. Uit het in beroep overgelegde vertaalde document blijkt alleen dat eiser vanwege plichtsverzuim door zijn werkgever is ontslagen, maar niet dat hij vanwege zijn deelname aan de protesten in de negatieve belangstelling van de autoriteiten staat. De informatie in het ambtsbericht over de problemen van oppositieleider Navalny en de verwikkelingen rondom het bewijs over het neerhalen van vlucht MH17 door Poetin, zijn evenmin een bewijs voor eisers gestelde persoonlijke problemen met de autoriteiten in zijn land. Aan de inhoud van de door eiser overgelegde niet vertaalde documenten heeft verweerder naar het oordeel van de rechtbank voorbij mogen gaan. Verweerder is niet verplicht om te zorgen voor een vertaling van documenten die na de gehoren zijn overgelegd. Eiser is zelf verantwoordelijk om zijn asielrelaas met bewijsstukken te onderbouwen en heeft dat nagelaten. Eiser heeft verder ook geen duidelijkheid gegeven wat de documenten precies inhouden, terwijl hij heeft gezegd dat de documenten zijn gestolen. Eisers betoog dat het besluit onzorgvuldig is genomen omdat verweerder zich niet van de inhoud van de documenten heeft vergewist, kan daarom niet slagen.
Wisselende en ongerijmde verklaringen
22. Verweerder heeft verder mogen meewegen dat eiser wisselende en tegenstrijdige verklaringen heeft afgelegd over de verkoop van zijn woning, over onder meer de data waarop hij door de politie is meegenomen en over de problemen met zijn werkgever. Eisers verklaring dat hij zijn appartement in [plaats] nog niet had verkocht, is niet te rijmen met zijn verklaring dat zijn woning vanwege zijn deelname aan de demonstraties was afgepakt.5 Dat eiser naar hij stelt geen eigenaar was zijn woning, maar als werknemer een kamer huurde in een communaal gebouw dat in eigendom was van de […] , heeft verweerder niet als een plausibele verklaring voor de tegenstrijdigheid hoeven aannemen. Over de confrontatie met de politie heeft eiser eerst gezegd dat hij in mei 2015 is meegenomen door de politie en later ook in januari 2015.6 Verder heeft eiser gezegd dat hij vanwege zijn deelname aan de protestacties in juni en juli 2015 is gewaarschuwd door zijn leidinggevende en later weer dat hij al vanaf 2010 had geprotesteerd, maar pas in 2015 van zijn werkgever een waarschuwing had gekregen.7 Dat eiser was vergeten het te vertellen, heeft verweerder niet als een genoegzame verklaring voor de tegenstrijdige verklaringen hoeven aannemen. Verweerder heeft zich op het standpunt kunnen stellen dat eisers asielrelaas, ook gezien zijn steeds wisselende verklaringen over de tijdstippen van zijn deelname aan de demonstraties, daarom niet geloofwaardig is.
23. Gelet op het oordeel in punt 11 is het beroep gegrond. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit ten aanzien van de gestelde problemen van eiser in Azerbeidzjan. De rechtbank ziet geen aanleiding om een bestuurlijke lus toe te passen, omdat dat naar het zich
5 EG, pagina 5 en NG, pagina 24.
6 NG, pagina 13.
7 NG, pagina 15.
laat aanzien geen doelmatige en efficiënte afdoeningswijze zou inhouden. Verweerder zal daarom een nieuw besluit moeten nemen met inachtneming van deze uitspraak. De rechtbank stelt hiervoor een termijn van vier weken.
24. De rechtbank veroordeelt verweerder in de door eiser gemaakte proceskosten. Deze kosten stelt de rechtbank op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vast op € 1.496,- (1 punt voor het indienen van het beroepschrift en 1 punt voor de zitting met een waarde per punt van € 748,- en een wegingsfactor 1).

Beslissing

De rechtbank:
  • verklaart het beroep gegrond;
  • vernietigt het bestreden besluit, voor zover daarin niet is beslist over de problemen van eiser in Azerbeidzjan;
  • draagt verweerder op binnen vier weken na de dag van verzending van deze uitspraak een nieuw besluit te nemen met inachtneming van deze uitspraak;
  • veroordeelt verweerder in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 1.496,-.
Deze uitspraak is gedaan door mr. M. Eversteijn, rechter, in aanwezigheid van mr. L.E. Mollerus, griffier.
De beslissing is uitgesproken en bekendgemaakt op:
De uitspraak zal openbaar worden gemaakt door publicatie op rechtspraak.nl
02 september 2021

Documentcode: [nummer]

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak kan hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen één week na de dag van bekendmaking.