ECLI:NL:RBDHA:2021:17158
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag op basis van ongeloofwaardige bekering en problemen met familie
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 2 december 2021, betreft het een asielaanvraag van een Gambiaanse eiser die stelt zich te hebben bekeerd tot de islam. De rechtbank oordeelt dat de verklaringen van eiser over zijn bekering en de problemen die hij naar eigen zeggen heeft ondervonden, niet geloofwaardig zijn. Eiser heeft op 8 oktober 2020 een nieuwe asielaanvraag ingediend, na eerder te zijn afgewezen omdat Italië verantwoordelijk was voor zijn aanvraag. De rechtbank heeft vastgesteld dat verweerder, de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, voldoende rekening heeft gehouden met het referentiekader van eiser en dat de afwijzing van de aanvraag op goede gronden is gebaseerd. Eiser heeft onvoldoende inzicht gegeven in zijn bekering en de problemen die hij zegt te hebben ondervonden van zijn familie. De rechtbank concludeert dat eiser niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij slachtoffer is van mensenhandel en dat zijn verklaringen over de bekering en de gevolgen daarvan niet overtuigend zijn. Het beroep van eiser wordt ongegrond verklaard, en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.