Uitspraak
Echtscheiding met nevenvoorzieningen
Beschikking op het op 16 mei 2019 ingekomen verzoek van:
[Y] ,
[X] ,
Procedure
- het verzoekschrift van de man;
- het verweerschrift met zelfstandige verzoeken van de vrouw, ingekomen op 14 augustus 2019;
- het verweerschrift op de zelfstandige verzoeken tevens aanvullend verzoekschrift van de man, ingekomen op 7 oktober 2019;
- de formulieren Verdelen en Verrekenen van beide partijen;
- het bericht van 11 januari 2021 met bijlagen van de vrouw;
- het bericht van 11 januari 2021 met bijlagen van de vrouw;
- het bericht van 11 januari 2021 met bijlagen van de man;
- het bericht van 12 januari 2021 met bijlagen van de vrouw.
Feiten
- Partijen zijn gehuwd op [datum huwelijk] 1999 te [plaats huwelijk] .
- Zij zijn de ouders van de volgende kinderen:
- de jong- meerderjarige [jong-meerderjarige] geboren op [geboortedatum 1] 2000 te [geboorteplaats 1] ;
- de minderjarige [naam minderjarige] , geboren op [geboortedatum 2] 2004 te [geboorteplaats 2] .
- Partijen oefenen het gezamenlijk gezag over [voornaam minderjarige] uit.
- [voornaam minderjarige] verblijft bij de vrouw.
- Partijen hebben op [datum] 2004 huwelijkse voorwaarden, inhoudende kort weergegeven uitsluiting van iedere gemeenschap van goederen met een finaal verrekenbeding, opgesteld.
Verzoek en verweer
- voortgezet gebruik van de echtelijke woning met inboedel;
- vaststelling van de afwikkeling van de huwelijkse voorwaarden, conform de punten 9 tot en met 27 in het lichaam van het verzoekschrift;
- bepaling dat het spaargeld op de spaarrekening van de vrouw bij helfte wordt verdeeld dan wel verrekend dient te worden;
- vaststelling van de vordering van de man op de vrouw in verband met teveel bijgedragen kosten van huishouding van € 106.740,- en veroordeling van de vrouw om dit bedrag binnen veertien dagen na betekening van de beschikking aan de man te voldoen;
- bepaling dat de vrouw aan de man een gebruiksvergoeding voor het gebruik van de echtelijke woning dient te betalen van € 1.000,- per maand.
- vaststelling van de hoofdverblijfplaats van [voornaam minderjarige] bij de vrouw;
- vaststelling van kinderalimentatie van € 429,- per maand, bij vooruitbetaling te voldoen, met ingang van 1 december 2018;
- vaststelling van een bijdrage in de kosten van studie en levensonderhoud ten behoeve van [voornaam jong-meerderjarige] van € 392,- per maand, bij vooruitbetaling te voldoen, met ingang van
- voortgezet gebruik van de echtelijke woning met inboedel;
- vaststelling van de afwikkeling van de huwelijkse voorwaarden, conform het verzoek VI in het petitum van het verweerschrift.
Beoordeling
Ingeval het huwelijk van partijen wordt ontbonden door overlijden of echtscheiding of
tussen de echtgenoten scheiding van tafel en bed wordt uitgesproken, vindt er verrekening van hun vermogen plaats zo, dat ieder van de partijen gerechtigd is tot een waarde gelijk aan die, waartoe hij gerechtigd zou zijn indien tussen de algehele gemeenschap van goederen volgens het huidige recht had bestaan.
De verrekening heeft plaats naar de toestand ten tijde van de ontbinding van het huwelijk door overlijden of ingeval van echtscheiding of scheiding van tafel en bed, naar de toestand per de aanvang van de dag van het indienen van een verzoekschrift daartoe.
De beschrijving van de vermogens zal plaats hebben binnen zes maanden na de ontbinding van het huwelijk of de scheiding van tafel en bed.
Het vermogen van ieder van de echtgenoten bestaat uit het saldo van zijn bezittingen en schulden. (…).
. (…).
De verrekening heeft plaats doordat de ene partij aan de andere partij een bedrag uitkeert – zo, dat ieder van de hen de helft geniet van de waarde van de vermogens.
(…).
- [bank 1] privé [bankrekeningnummer] (en/of rekening)
- [bank 2] [rekeningnummer 1] (en/of rekening)
- [bank 3] [rekeningnummer 2] (en/of-rekening)
- de overwaarde van de woning aan de [adres] te [woonplaats] : de taxatiewaarde plus de helft van de stand van de polis levensverzekering [verzekeraar] (nummer [nummer] ) minus de stand van de vier hypothecaire geldleningen;
- de saldi op de bankrekeningen ten name van de man met nummers:
- [bank 6] [rekeningnummer 3] ;
- [bank 4] [rekeningnummer 4] ;
- [bank 5] [rekeningnummer 5] ;
- het saldo op de bankrekening ten name van de vrouw met nummer [bank 1] [rekeningnummer 8] ;
- DUO-schuld ten name van de man.
Beslissing
- bepaalt dat partijen de saldi op de gezamenlijke bankrekeningen met nummers:
- [bank 1] privé [bankrekeningnummer] ;
- [bank 2] [rekeningnummer 1] ;
- [bank 3] [rekeningnummer 2] ;
- stelt vast dat tot het tussen partijen te verrekenen vermogen de volgende bestanddelen behoren per de peildatum 16 mei 2019:
- de overwaarde van de woning aan de [adres] te [woonplaats] : de taxatiewaarde plus de helft van de stand van de polis levensverzekering [verzekeraar] (nummer [nummer] ) minus de stand van de vier hypothecaire geldleningen;
- de saldi op de bankrekeningen ten name van de man met nummers:
- [bank 6] [rekeningnummer 3] ;
- [bank 4] [rekeningnummer 4] ;
- [bank 5] [rekeningnummer 5] ;
- het saldo op de bankrekening ten name van de vrouw met nummer [bank 1] [rekeningnummer 8] ;
- DUO-schuld ten name van de man;