ECLI:NL:RBDHA:2021:6521
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Herziening van persoonsgebonden budget en medewerkingsverplichting in het kader van de Wmo 2015
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 18 juni 2021 uitspraak gedaan in een beroep tegen besluiten van het college van burgemeester en wethouders van Gouda met betrekking tot een persoonsgebonden budget (pgb) op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015). Eiser, die bekend is met psychiatrische problematiek, had eerder een pgb toegekend gekregen, maar dit werd herzien omdat hij onvoldoende medewerking verleende aan een noodzakelijk onderzoek. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser niet op een afspraak voor het onderzoek is verschenen, ondanks herhaalde herinneringen. Hierdoor kon het college niet tot een inhoudelijke beoordeling van de aanvraag komen, wat leidde tot de afwijzing van de aanvraag en de herziening van het eerder toegekende pgb. Eiser voerde aan dat hij niet had aangegeven niet mee te willen werken, maar de rechtbank oordeelde dat hij onvoldoende had aangetoond dat hij niet in staat was om aan het onderzoek deel te nemen. De rechtbank vernietigde enkele besluiten van het college, maar bevestigde dat de herziening van het pgb terecht was. Tevens werd een dwangsom vastgesteld die te laag was vastgesteld door het college, en de rechtbank verhoogde deze. Eiser kreeg ook een vergoeding voor de proceskosten en het griffierecht.