Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 8 juli 2021 in de zaak tussen
[eiser] , eiser, V-nummer [V-nummer]
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
V. Nazarova. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.
Overwegingen
18 december 2019 aan verweerder heeft gegeven. Verweerder heeft in die uitspraak berust en had aanleiding moeten zien om het bezwaar gegrond te verklaren nu eiser aan het middelenvereiste voldoet. Over de overige voorwaarden voor de verblijfsvergunning is ondoorzichtig en onzorgvuldig door verweerder gecommuniceerd. Bovendien is het bestreden besluit onvoldoende gemotiveerd omdat er geen aandacht is besteed aan het negatief reisadvies voor Rusland door de coronapandemie. Er is sprake van strijd met artikel 3 van het EVRM vanwege de risico’s voor de gezondheid van eiser bij het uitstellen van de noodzakelijke operatie en omdat eiser behoort tot de risicogroep met betrekking tot het coronavirus. Door het BMA is ten onrechte niet onderzocht of de noodzakelijke operatie ook op korte termijn in Rusland plaats kan vinden.
“3. a. de vreemdeling is in Nederland;
Beslissing
mr. F.E.J. Valk, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 8 juli 2021.