ECLI:NL:RBDHA:2021:8828

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
6 augustus 2021
Publicatiedatum
12 augustus 2021
Zaaknummer
NL21.9763
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • B.F.Th. de Roos
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag met betrekking tot verantwoordelijkheid Oostenrijk

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 5 augustus 2021 een mondelinge uitspraak gedaan in het kader van een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoeker, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde mr. F.F.M. van de Kamp, had beroep ingesteld tegen een besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, waarin de asielaanvraag van verzoeker niet in behandeling werd genomen op de grond dat Oostenrijk verantwoordelijk was voor de behandeling van de aanvraag. Verzoeker verzocht de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening, zodat hij niet zou worden overgedragen aan Oostenrijk voordat er op zijn beroep was beslist.

De zitting vond plaats in Breda, waar verzoeker aanwezig was met zijn gemachtigde en een tolk, J. Suleyman. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening behandeld samen met een andere zaak (NL21.9762). Na de behandeling heeft de voorzieningenrechter onmiddellijk mondeling uitspraak gedaan. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen, omdat het beroep in de andere zaak ongegrond was verklaard. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.

De uitspraak is openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
Zaaknummer: NL21.9763
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[Naam], verzoeker

V-nummer: [Nummer]
(gemachtigde: mr. F.J.M. Schonkeren),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. F.F.M. van de Kamp).

Procesverloop

Bij besluit van 21 juni 2021 (het bestreden besluit) heeft verweerder de asielaanvraag van verzoeker niet in behandeling genomen op de grond dat Oostenrijk daarvoor verantwoordelijk is.
Verzoeker heeft beroep ingesteld tegen het bestreden besluit. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen, inhoudende dat hij niet zal worden overgedragen voordat er op het beroep is beslist.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, samen met de zaak met nummer NL21.9762, op 5 augustus 2021 op zitting behandeld in Breda. Verzoeker is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. Als tolk is verschenen J. Suleyman. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.
Na afloop van de behandeling van de zaak ter zitting heeft de voorzieningenrechter onmiddellijk mondeling uitspraak gedaan.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af.

Overwegingen

1. Bij mondelinge uitspraak van vandaag in de zaak met nummer NL21.9762 heeft de rechtbank het beroep waarop dit verzoek om een voorlopige voorziening betrekking heeft ongegrond verklaard. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
2. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Deze uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 5 augustus 2021 door mr. B.F.Th. de Roos, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. A.S. Hamans, griffier.
Dit proces-verbaal is bekendgemaakt op:
Rechtsmiddel
Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.