Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam eiser], eiser,
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
“Wat is de rol van federaties bij de sport”heeft eiser volgens zijn verklaring geschreven enige tijd voor het toernooi van 8 februari 2019. Hij heeft dit aangeboden aan de website Irana, maar [naam 2] van die site heeft dit niet willen publiceren omdat hij het artikel te kritisch vond.
“Pathologie van de 39e ronde van wereldkampioenschap de Wereldkampioen Takhti”is op 21 januari 2019 gepubliceerd en heeft volgens eiser niet tot problemen voor hem geleid.
“Scheiding van politiek en sport en de schade van politieke inmenging in Iraanse sport”(hierna: het artikel), dat niet is gepubliceerd, is het artikel dat eiser in de problemen heeft gebracht. Volgens eisers verklaring (p. 4 van het rapport Nader gehoor) had hij dat de avond ervoor geschreven. Dat is het artikel dat hiervoor onder 1 bij de omschrijving van het asielrelaas is genoemd en waar het in deze zaak om draait. In zoverre gaat verweerder dus in het voornemen (onderaan p. 4 en bovenaan p. 5) uit van een verkeerde lezing van de verklaringen van eiser waar hij in het voornemen spreekt van problemen als gevolg van kritische artikel
en(in meervoud) die zijn gepubliceerd. Er is één artikel gepubliceerd volgens de verklaring van eiser en dat is het artikel van 21 januari 2019 en of dat nu als kritisch moet worden beschouwd of niet (verweerder zegt van niet en eiser zegt van wel): hierdoor is hij niet in de problemen gekomen volgens zijn eigen verklaring.
(…) geargumenteerd tegen het verkeerde beleid van de regering, het idealisme, de ideologische en extremistische kwesties die zich niet in de sport zouden moeten mengen. Ik zei: “Dit schaadt de geest van sport, namelijk gelijkheid, broederschap, vriendschap, eerlijkheid en de verbinding van culturen.”
Ik zei: “Ons land verbiedt het verliezen en zelfs handen schudden of naast Israëlische atleten te staan, terwijl Palestijnse atleten als team met Israëlische atleten strijden.” Zelfs Palestijnse atleten voetballen in Israëlische clubs. Dit is normaal voor het Palestijnse volk en dit krijgt in de Palestijnse media geen aandacht, maar het is voor onze atleten een leerstellige waarde geworden, en ik denk niet dat de meerderheid van de sportgemeenschap het accepteert. De verslaggever [[naam 3] dus, toev. rechtbank] zei: “Dit zijn al onze religieuze, islamitische en geloofsplichten. We hebben de plicht ernaar te handelen. We volgen de lijn van Imam Khomeini en onze leider.” Ik zei: “Deze kwesties, de overtuigingen en idealen, hebben ervoor gezorgd dat we simpelweg naar de essentie van sport, bijvoorbeeld de Olympische spelen, kijken en ons aan waardeloze binnenlandse en buitenlandse competities vastklampen.” Het belangrijkste is dat we voor onszelf de solidariteitswedstrijden voor islamitische landen hebben gelanceerd en ons hebben afgescheiden van de grote wereld- en Olympische competities. Het maakt de functionarissen in ons land niet uit of de sportelites verdwijnen of emigreren. Het hele doel van de Islamitische Republiek is om solidariteitswedstrijden in Islamitische landen te houden waar de Islamitische wet wordt nageleefd, zodat het al zijn ideologieën kan implementeren.
’.
Ik was een journalist die in de maatschappij woonde en zijn werk deed. Een tijdje was ik ook zelf sportief actief. En ik had van dichtbij de problemen van de sporters in de maatschappij meegemaakt en gezien. Mijn familie, namelijk mijn zus en broer waren ook sportief en de problemen hadden hun ook geraakt. En als iemand die van dichtbij de problemen had gezien en meegemaakt voelde ik mij verantwoordelijk om over die problemen en mijn mening daarover te schrijven. Ik was ook aanwezig bij verschillende worstel competities en ik heb hun verhalen gehoord en de problemen van dichtbij gezien. Ik was van hetzelfde soort, met andere woorden ik was ook beschadigd. Al die problemen, vooral de aanwezigheid van niet sportieve mensen aan de top van de landelijke sportwereld. Door hun regels en wetten zijn de sportwereld en sporter beschadigd. Dat had vreselijke schade aangericht aan onze sport. Ze hadden ideologische ideeën over sport en ze hebben hun ideologie op de sportwereld toegepast.
Toen ik aan sportactiviteiten deed, niet op top positie, toen wilde ik niet hun regels nakomen. Daardoor mocht ik niet aan de sportactiviteiten van mijn stad deelnemen. Ze weigerden mij toegang tot bepaalde sportactiviteiten. Ze vonden mij niet bevoegd.’
Het heeft met mijn mentaliteit en overtuiging te maken. Ik geloof dat alle mensen op deze wereld gelijk zijn. Want als de overheid problemen heeft met de overheid van Israël moeten ze de mensen er niet bij betrekken maar moeten ze het zelf oplossen. Dit heeft niet met de relatie van mens tot mens te maken.’
Ik was afgestoten van familie. ik raakte geïsoleerd, ik vertrouwde niemand en was bang voor alles’. Verweerder heeft echter niet kenbaar bij de besluitvorming betrokken dat eiser ook het volgende heeft verklaard (p. 16 van het rapport Nader gehoor): ‘
Toen ik voor het eerst na terugkomst van Kermanshah werd opgeroepen door Sepah was ik echt in een hele slechte toestand. Ik was geïsoleerd van mijn familie wegens mijn geestelijke problemen. En de angst en paniek had mijn leven in zijn macht genomen. De familie toen had besloten om mij uit die angst en zorg en spanning te helpen. Toen met behulp van de man van mijn zuster heb ik het besproken. (…)’. Deze verklaringen duiden erop dat eiser tijdens het nader gehoor duidelijk heeft willen maken dat hij zich door alle (geestelijke) problemen geïsoleerd voelde van zijn familie, niet dat hij feitelijk geen contact meer had met zijn familie na zijn vertrek. De rechtbank volgt verweerder dan ook niet in zijn standpunt dat eiser inconsistent heeft verklaard met de stelling in zijn zienswijze dat hij weinig contact heeft met zijn familie, nu niet uit te sluiten valt dat eiser – zoals hij ook in beroep aanvoert – na het aanmeldgehoor contact heeft kunnen krijgen met zijn familie, waardoor hij ook op de hoogte heeft kunnen geraken van de bezoeken door de Sepah aan zijn broer. Indien voor verweerder onduidelijk was hoe eiser ervan op de hoogte is geraakt van deze bezoeken, had het op zijn weg gelegen om eiser hierover te bevragen tijdens het nader gehoor. Dat heeft hij ten onrechte nagelaten.
Beslissing
verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit;