ECLI:NL:RBDHA:2021:9288
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag op basis van lesbische geaardheid met betrekking tot geloofwaardigheid en zorgvuldigheid van het onderzoek
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 5 augustus 2021 uitspraak gedaan in een asielprocedure waarbij eiseres, een Ugandese vrouw, een verblijfsvergunning asiel heeft aangevraagd op basis van haar lesbische geaardheid. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft de aanvraag afgewezen, omdat de asielaanvraag als ongegrond werd beschouwd. Eiseres heeft tegen dit besluit beroep ingesteld. Tijdens de zitting op 29 juli 2021 is eiseres verschenen, bijgestaan door haar gemachtigde, en is er een tolk aanwezig geweest. De rechtbank heeft de verklaringen van eiseres beoordeeld en geconcludeerd dat de elementen van haar asielrelaas, met name haar seksuele gerichtheid en de problemen die zij ondervindt, ongeloofwaardig zijn. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres onvoldoende overtuigende verklaringen heeft afgelegd over haar relatie met [A] en de problemen die zij zou ondervinden in Uganda. De rechtbank heeft ook geoordeeld dat de staatssecretaris niet onterecht heeft geconcludeerd dat er geen aanwijzingen zijn dat de Ugandese autoriteiten op de hoogte zijn van haar geaardheid. De rechtbank heeft de zorgvuldigheid van het onderzoek door de staatssecretaris beoordeeld en geconcludeerd dat het aan eiseres is om haar vluchtmotieven duidelijk naar voren te brengen. De rechtbank heeft de gronden van eiseres verworpen en het beroep ongegrond verklaard. De uitspraak is gedaan door mr. M.D. Gunster, rechter, en is openbaar gemaakt. Eiseres kan binnen een week na bekendmaking hoger beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.