ECLI:NL:RBDHA:2021:9667
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening inzake onderwijshuisvesting door gemeente Westland
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 2 september 2021 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening van de Islamitische Stichting Nederland voor Onderwijs en Opvoeding (ISNO) in verband met de aanvraag voor opname in het programma onderwijshuisvesting 2021. De aanvraag van verzoekster was door het college van burgemeester en wethouders van Westland buiten behandeling gesteld, omdat deze te laat was ingediend. Verzoekster had eerder bezwaar gemaakt tegen dit primaire besluit en had de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen. In een eerdere uitspraak van 10 augustus 2021 was het verzoek om een voorlopige voorziening deels afgewezen en deels niet-ontvankelijk verklaard.
In het bestreden besluit van 8 juli 2021 werd het bezwaar van verzoekster ongegrond verklaard. Verzoekster heeft opnieuw een verzoek ingediend om een voorlopige voorziening, waarbij zij vroeg om verweerder te bevelen haar uit te nodigen voor een overleg over de uitvoering van haar aanvraag. De voorzieningenrechter heeft echter geoordeeld dat er geen nieuwe feiten of omstandigheden zijn aangevoerd die een andere beslissing rechtvaardigen. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat het verzoek om een constructief overleg niet kan worden behandeld, omdat de aanvraag van verzoekster nog steeds buiten behandeling is gesteld.
Uiteindelijk heeft de voorzieningenrechter het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen, onder verwijzing naar de eerdere uitspraak van 10 augustus 2021. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling, en tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.