ECLI:NL:RBDHA:2021:9962
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van een aanvraag voor een machtiging tot voorlopig verblijf op basis van artikel 8 EVRM en de beoordeling van de afhankelijkheidsrelatie
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 6 september 2021 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure waarbij eiser, een Syrische nationaliteit bezittende man, in beroep ging tegen het besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Eiser had een aanvraag ingediend voor een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) om bij zijn ouders in Nederland te kunnen wonen. De ouders van eiser zijn in het bezit van een asielvergunning en zijn in Nederland sinds mei 2019. De aanvraag van eiser werd afgewezen omdat er volgens de staatssecretaris geen sprake was van een meer dan gebruikelijke afhankelijkheidsrelatie tussen eiser en zijn ouders, zoals vereist onder artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM).
Tijdens de zitting op 29 juli 2021 heeft eiser zijn standpunt toegelicht, waarbij hij stelde dat hij ernstige psychiatrische klachten heeft, waaronder het syndroom van Asperger, en dat hij afhankelijk is van de zorg van zijn ouders. Eiser voerde aan dat hij in Syrië had kunnen functioneren dankzij de constante zorg van zijn ouders, en dat deze zorg niet op afstand kan worden geboden. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de staatssecretaris terecht heeft geconcludeerd dat er geen sprake is van een beschermenswaardig gezinsleven, omdat eiser niet heeft aangetoond dat hij niet kan functioneren zonder de fysieke aanwezigheid van zijn ouders. De rechtbank heeft de argumenten van eiser en de overgelegde medische verklaringen kritisch beoordeeld en kwam tot de conclusie dat de staatssecretaris zijn besluit deugdelijk heeft gemotiveerd.
De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. Eiser kan binnen vier weken na verzending van de uitspraak hoger beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.