ECLI:NL:RBDHA:2022:1049

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
10 februari 2022
Publicatiedatum
14 februari 2022
Zaaknummer
19_4451 en 19_4452
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ongegrondverklaring van beroepen tegen naheffingsaanslagen loonheffingen en bewijsvoering van eiseres

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 10 februari 2022 uitspraak gedaan in de zaken met de zaaknummers SGR 19/4451 en SGR 19/4452. Eiseres, een vennootschap, heeft bezwaar gemaakt tegen naheffingsaanslagen loonheffingen die door de inspecteur van de Belastingdienst zijn opgelegd. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres niet aannemelijk heeft gemaakt dat de loonheffingen bij een andere vennootschap in aanmerking hadden moeten komen. De rechtbank heeft de beroepen ongegrond verklaard, omdat eiseres niet kon aantonen dat de personeelsleden ten onrechte bij haar zijn verloond. De rechtbank heeft ook geoordeeld dat de uitnodiging voor de zitting op juiste wijze is verzonden, aangezien eiseres zonder bericht van verhindering niet is verschenen. De rechtbank heeft de beslissing van de inspecteur om de bezwaren van eiseres af te wijzen, bekrachtigd. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen hebben de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Den Haag.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG
Team belastingrecht
zaaknummers: SGR 19/4451 en SGR 19/4452
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer van 10 februari 2022 in de zaken tussen

[eiseres] B.V., gevestigd te [vestigingsplaats] , eiseres

en

de inspecteur van de Belastingdienst

De bestreden uitspraak op bezwaar

De uitspraak van verweerder van 19 september 2018 op de bezwaren van eiseres tegen de naheffingsaanslagen loonheffingen met aanslagnummers eindigend op [aanslagnummer] en [aanslagnnummer] .

Zitting

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 27 januari 2022.
Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door mr. [A] en [B] . Eiseres is door de griffier bij aangetekende brieven, verzonden op 30 november 2021 aan eiseres op de adressen [adres] [huisnummer] , [postcode 1] te [plaats 1] en Postbus [postbusnummer] [postcode 2] te [plaats 2] , onder vermelding van plaats en tijdstip, uitgenodigd om op de zitting te verschijnen. Eiseres is, zonder bericht van verhindering, niet verschenen. Nu genoemde brieven niet ter griffie is terugontvangen en uit informatie van PostNL is gebleken dat de brieven op genoemde adressen zijn uitgereikt, is de rechtbank van oordeel dat de uitnodiging om op de zitting te verschijnen op juiste wijze, tijdig op het juiste adres is aangeboden.

Beslissing

De rechtbank verklaart de beroepen ongegrond.

Overwegingen

1. Eiseres heeft bezwaar gemaakt tegen naheffingsaanslagen met de hierboven vermelde aanslagnummers.
2. Bij uitspraak op bezwaar van 19 september 2018 zijn de bezwaren van eiseres afgewezen.
3. Op 2 juli 2019 heeft de rechtbank een brief van eiseres ontvangen waarin wordt verzocht om een behandeldatum van een beroepschrift van 3 oktober 2018. Als bijlage bij de brief van 2 juli 2019 is een afschrift gevoegd van een beroepschrift met dagtekening 3 oktober 2018.
4. Voor het indienen van een beroepschrift geldt een termijn van zes weken. Deze termijn begint op de dag na die van dagtekening van de uitspraak op bezwaar, tenzij de dag van dagtekening is gelegen vóór de dag van de bekendmaking. Dit volgt uit artikel 26c van de Algemene wet inzake rijksbelastingen. Een beroepschrift is tijdig ingediend wanneer het voor het einde van de termijn door de rechtbank is ontvangen. Als het beroepschrift per post wordt verstuurd, is het ook tijdig ingediend wanneer het voor afloop van de termijn op de post is gedaan en door de rechtbank is ontvangen binnen een week na afloop van de termijn. Dit volgt uit artikel 6:9, eerste en tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht.
5. De rechtbank heeft vastgesteld dat de brief van 2 juli 2019 buiten de termijn voor het indienen van een beroepschrift door de rechtbank is ontvangen. Eiseres is in de gelegenheid gesteld om een reden te geven voor de termijnoverschrijding voor het indienen van beroep. Eiseres heeft hierop aangevoerd dat reeds op 3 oktober 2018 beroep is ingesteld en dat dit beroep op 5 oktober 2018 om 10:18 uur afgegeven bij de centrale balie van het Paleis van Justitie te Den Haag. Ter onderbouwing heeft eiseres een handtekeningkaart overgelegd waarop is opgetekend dat op genoemde datum en tijdstip een poststuk is afgeleverd bij het Paleis van Justitie te Den Haag. Gelet op dit stuk acht de rechtbank aannemelijk dat sprake is van een tijdig ingediend beroep.
6. In geschil is of de naheffingsaanslagen naar juiste bedragen zijn opgelegd.
7. Eiseres stelt dat diverse personeelsleden ten onrechte bij haar zijn verloond, omdat zij bij [B.V.] B.V. verloond hadden moeten worden. De rechtbank stelt voorop dat het feit dat personeelsleden niet bij de juiste vennootschap zijn verloond, niet afdoet aan het feit dat deze vennootschap inhoudingsplichtig is. Het is vervolgens aan eiseres om aannemelijk te maken dat de loonheffingen toch bij een andere vennootschap in aanmerking hadden moeten komen. Naar het oordeel van de rechtbank is eiseres daar niet in geslaagd. De overgelegde loonaangifte, verzamelloonstaten voor 2016 en 2017 en salarisspecificaties per medewerker geven geen uitsluitsel over de verloning.
8. Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat verweerder de bezwaren tegen de naheffingsaanslagen op goede gronden heeft afgewezen. De beroepen zijn daarom ongegrond verklaard.
9. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Deze uitspraak is gedaan door mr. M.A. Dirks, rechter, in aanwezigheid van mr. T. Blauw, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 10 februari 2022.
griffier rechter
Afschrift verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak kunnen partijen binnen zes weken na verzending hoger beroep instellen bij het gerechtshof Den Haag (team belastingrecht), Postbus 20302,
2500 EH Den Haag.