ECLI:NL:RBDHA:2022:10936

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
18 oktober 2022
Publicatiedatum
24 oktober 2022
Zaaknummer
NL22.14011 en NL22.14013
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hersteluitspraak inzake proceskosten in bestuursrechtelijke vreemdelingenzaken

Op 18 oktober 2022 heeft de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Middelburg, een hersteluitspraak gedaan in de bestuursrechtelijke vreemdelingenzaken met de zaaknummers NL22.14011 en NL22.14013. Deze uitspraak volgde op een verzoek van de gemachtigde van de eisers, die op 11 oktober 2022 een bericht had gestuurd naar aanleiding van een eerdere uitspraak van 6 oktober 2022. In deze eerdere uitspraak was een kennelijke misslag geconstateerd, die de rechtbank nu corrigeert.

De eisers in deze zaak zijn [Naam 1] en [Naam 2], die gezamenlijk met [Naam 3], [Naam 4] en [Naam 5] en hun minderjarige kinderen optraden. De gemachtigde van de eisers was mr. R.E. Temmen. De verweerder in deze zaak is de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, vertegenwoordigd door mr. C.W.M. van Breda.

In de hersteluitspraak heeft de rechtbank het bedrag aan proceskosten vastgesteld op € 1.518,-. Deze beslissing is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op de website van de rechtspraak. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open, wat betekent dat de beslissing definitief is.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG
Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummers: NL22.14011 en NL22.14013

hersteluitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaken tussen

[Naam 1], eiser, V-nummer: [Nummer 1], en

[Naam 2], eiseres, V-nummer: [Nummer 2]
hierna gezamenlijk te noemen: eisers
mede namens hun minderjarige kinderen
[Naam 3],
[Naam 4]en
[Naam 5]
(gemachtigde: mr. R.E. Temmen),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. C.W.M. van Breda).

Overwegingen

Naar aanleiding van het bericht in het digitale dossier NL22.14011 van de gemachtigde van eisers van 11 oktober 2022 is gebleken dat de uitspraak in deze zaken van 6 oktober 2022 een kennelijke misslag bevat, die de rechtbank op de hierna te melden wijze herstelt.

Beslissing

De rechtbank bepaalt dat het bedrag aan proceskosten in het dictum € 1.518,- (vijftienhonderdachttien euro) bedraagt.
Deze uitspraak is gedaan door mr. E.F. Bethlehem, rechter, in aanwezigheid van mr. A.S. Hamans, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
Deze uitspraak is bekendgemaakt op:
Rechtsmiddel
Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.