ECLI:NL:RBDHA:2022:10939

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
18 oktober 2022
Publicatiedatum
24 oktober 2022
Zaaknummer
NL22.7287
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • B.F.Th. de Roos
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van beroep tegen niet tijdig nemen van besluit op asielaanvraag

In deze zaak heeft eiser beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op zijn asielaanvraag, ingediend op 6 september 2021. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder, heeft op 1 augustus 2022 een verweerschrift ingediend en op 9 augustus 2022 alsnog op de asielaanvraag beslist. De rechtbank heeft eiser verzocht om binnen twee weken te reageren op de inwilligende beslissing, maar eiser heeft niet gereageerd. De rechtbank concludeert hieruit dat het beroep wordt gehandhaafd.

De rechtbank doet uitspraak zonder zitting op basis van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank overweegt dat de inwilligende beslissing van verweerder het beroep tegen het niet tijdig nemen van een besluit niet meer relevant maakt, waardoor het beroep kennelijk niet-ontvankelijk wordt verklaard.

Daarnaast heeft de rechtbank op grond van artikel 8:75 van de Awb verweerder veroordeeld in de proceskosten, aangezien verweerder zich niet verzet tegen deze veroordeling. De proceskosten worden vastgesteld op € 379,50, gebaseerd op het Besluit proceskosten bestuursrecht. De uitspraak is gedaan door mr. B.F.Th. de Roos, rechter, en openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG
Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
Zaaknummer: NL22.7287

uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[Naam], eiser

V-nummer: [Nummer]
(gemachtigde: mr. F. Ben-Saddek),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: R. van der Heijden).

Inleiding

Eiser heeft beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op zijn asielaanvraag van 6 september 2021.
Verweerder heeft op 1 augustus 2022 een verweerschrift ingediend.
Bij besluit van 9 augustus 2022 heeft verweerder alsnog op de asielaanvraag beslist.
De rechtbank heeft bij brief van 9 augustus 2022 eiser verzocht binnen twee weken de rechtbank te informeren of de inwilligende beslissing aanleiding is om het beroep in te trekken. Eiser heeft niet gereageerd. De rechtbank leidt daaruit af dat het beroep wordt gehandhaafd.
De rechtbank doet op grond van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak zonder zitting.

Overwegingen

1. Verweerder heeft inwilligend beslist op de asielaanvraag van eiser. Nu hiermee geheel tegemoet is gekomen aan het beroep tegen het niet tijdig nemen van een besluit, zal het beroep wegens het ontbreken van procesbelang kennelijk niet-ontvankelijk worden verklaard.
2. De rechtbank ziet in de tegemoetkoming aanleiding om op grond van artikel 8:75 van de Awb verweerder te veroordelen in de proceskosten. Bij verweerschrift heeft verweerder verklaard zich niet te verzetten tegen een veroordeling in de proceskosten.
3. Deze kosten stelt de rechtbank op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vast op € 379,50 (1 punt voor het indienen van het beroepschrift met een waarde per punt van € 759,- en een wegingsfactor 0,5).

Beslissing

De rechtbank:
- verklaart het beroep niet-ontvankelijk;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 379,50
(driehonderdnegenenzeventig euro en vijftig cent).
Deze uitspraak is gedaan door mr. B.F.Th. de Roos, rechter, in aanwezigheid van mr. E.C. Jacobs, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Bent u het niet eens met deze uitspraak?
Als u het niet eens bent met deze uitspraak, kunt u een brief sturen naar de rechtbank waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een verzetschrift. U moet dit verzetschrift indienen binnen 6 weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum hierboven. Als u graag een zitting wilt waarin u uw verzetschrift kunt toelichten, kunt u dit in uw verzetschrift vermelden.