In deze zaak vordert Haakman Flowerbulbs B.V. betaling van € 61.667,63 van Florexim Flowers B.V. op basis van meerdere koopovereenkomsten voor de levering van bloembollen. Florexim betwist echter dat er koopovereenkomsten zijn gesloten en stelt dat de betalingen die zij heeft gedaan aan Haakman doorbetalingen zijn van Russische klanten. De rechtbank heeft de procedure gevolgd, waarbij onder andere een dagvaarding, conclusies van antwoord en een mondelinge behandeling zijn geweest. De rechtbank overweegt dat een overeenkomst tot stand komt door aanbod en aanvaarding, en dat de stelplicht en bewijslast bij Haakman ligt. De rechtbank concludeert dat Haakman niet voldoende bewijs heeft geleverd voor het bestaan van de koopovereenkomsten. De vorderingen van Haakman worden afgewezen, evenals de vordering tot verklaring van de beslagen als niet onrechtmatig. Haakman wordt veroordeeld in de proceskosten, die aan de kant van Florexim worden begroot op € 5.418,00, te vermeerderen met wettelijke rente. Het vonnis is gewezen door mr. J.L.M. Luiten en openbaar uitgesproken op 19 oktober 2022.