ECLI:NL:RBDHA:2022:11661
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Machtiging tot uithuisplaatsing van minderjarigen en niet-ontvankelijkheid verzoek wijziging verblijfplaats
In deze zaak heeft de kinderrechter op 25 oktober 2022 uitspraak gedaan over een verzoek tot machtiging tot uithuisplaatsing van vier minderjarigen, ingediend door de William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclassering. De kinderen, [minderjarige 1], [minderjarige 2], [minderjarige 3] en [minderjarige 4], vertoonden signalen van trauma en hechtingsproblematiek, wat leidde tot de noodzaak van uithuisplaatsing. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de zorgen over de kinderen zijn toegenomen sinds hun uithuisplaatsing en dat er een periode van stabilisatie nodig is voordat een eventuele terugplaatsing kan worden overwogen. De moeder van de kinderen heeft zich intensief ingezet om de situatie te verbeteren, maar de kinderrechter oordeelt dat de kinderen momenteel niet veilig thuis kunnen worden geplaatst. De machtiging tot uithuisplaatsing is toegewezen voor de duur van de ondertoezichtstelling, tot 13 januari 2023.
Daarnaast is er een verzoek gedaan tot wijziging van de verblijfplaats van de kinderen, maar dit verzoek is door de kinderrechter niet-ontvankelijk verklaard, omdat het niet voldeed aan de wettelijke vereisten. De kinderrechter heeft benadrukt dat de situatie van de kinderen en de moeder zorgvuldig in de gaten gehouden moet worden, en dat er ondersteuning vanuit de hulpverlening noodzakelijk is om de opvoedvaardigheden van de moeder te verbeteren. De beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met de mogelijkheid voor hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak.