Uitspraak
Rechtbank den haag
verzoeker,
bijgestaan door mr. R.D.A. van Boom, advocaat te Utrecht,
verzoeker,
bijgestaan door mr. J.C. Reisinger, advocaat te Utrecht,
Rechtbank Den Haag
Op 30 september 2022 heeft de meervoudige verschoningskamer van de Rechtbank Den Haag een verschoningsverzoek toegewezen. Dit verzoek was ingediend door mr. R.E. Perquin, rechter in de rechtbank Den Haag, in het kader van een wrakingsverzoek dat verband hield met een andere strafzaak waarin hij samen met de voorzitter van de gewraakte meervoudige strafkamer betrokken was. De wrakingsverzoeken waren gelijktijdig behandeld, wat de noodzaak voor het indienen van het verschoningsverzoek verklaarde. De rechter heeft in zijn verzoek aangevoerd dat de omstandigheden in de andere strafzaak ook relevant zijn voor de wraking, wat de schijn van partijdigheid zou kunnen wekken.
De rechtbank heeft vastgesteld dat, hoewel rechters op grond van hun aanstelling worden vermoed onpartijdig te zijn, er uitzonderlijke omstandigheden kunnen zijn die aanleiding geven tot vrees voor vooringenomenheid. In dit geval was er voldoende aanleiding om het verschoningsverzoek toe te wijzen, om zo de schijn van partijdigheid te vermijden. Dit betekent dat de behandeling van de wrakingsprocedure door een andere rechter moet worden overgenomen.
De beslissing van de verschoningskamer houdt in dat het proces in de wrakingsprocedure wordt voortgezet in de stand waarin het zich bevond op het moment dat het verschoningsverzoek werd ingediend. Een afschrift van deze beslissing zal worden toegezonden aan de betrokken partijen, inclusief de officier van justitie.