ECLI:NL:RBDHA:2022:12341

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
15 november 2022
Publicatiedatum
21 november 2022
Zaaknummer
NL22.20084
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • B.F.Th. de Roos
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 10 november 2022 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een asielaanvraag. Verzoekster, de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, had op 5 oktober 2022 een besluit genomen waarin de asielaanvraag van de verzoekster niet in behandeling werd genomen. Hiertegen heeft verzoekster beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft het verzoek op zitting behandeld, waarbij verzoekster werd bijgestaan door haar gemachtigde en een tolk aanwezig was. Na de behandeling heeft de voorzieningenrechter onmiddellijk uitspraak gedaan.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen. Dit gebeurde omdat er op dezelfde dag een uitspraak was gedaan in een andere zaak (NL22.20083) die relevant was voor de beslissing. De voorzieningenrechter oordeelde dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: NL22.20084
v-nummers: [nummer 1], [nummer 2] en [nummer 3]
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[naam 1], verzoekster

Mede namens haar minderjarige kinderen
[naam 2]en
[naam 3],
(gemachtigde: mr. M.M.A.F.C. Lienaerts),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. A. Bondarev).

Procesverloop

Bij besluit van 5 oktober 2022 (het bestreden besluit) heeft verweerder de asielaanvraag van verzoekster niet in behandeling genomen.
Verzoekster heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Zij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, samen met de zaak NL22.20083, op 10 november 2022 op zitting behandeld. Verzoekster is verschenen, bijgestaan door haar gemachtigde. Als tolk is verschenen M.A. Hersi. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.
Na afloop van de behandeling van de zaak ter zitting heeft de voorzieningenrechter onmiddellijk ter zitting uitspraak gedaan.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.

Overwegingen

1. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL22.20083, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
2. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Deze uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 10 november 2022 door mr. B.F.Th. de Roos, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. N.M.L. van der Kammen, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op
www.rechtspraak.nl.
Dit proces-verbaal is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.