Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam 1], eiser,
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder,
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 18 november 2022 uitspraak gedaan in een beroep tegen de maatregel van bewaring die aan eiser was opgelegd op grond van artikel 59a van de Vreemdelingenwet. Eiser, een Algerijnse nationaliteit hebbende, had zijn asielaanvraag op 9 november 2022 ingetrokken. De rechtbank oordeelde dat de maatregel van bewaring niet langer op artikel 59a kon worden gebaseerd, omdat de Dublinverordening niet meer van toepassing was na de intrekking van de asielaanvraag. De rechtbank verklaarde het beroep gegrond en beval de opheffing van de maatregel van bewaring met ingang van 18 november 2022. Tevens werd de Staat der Nederlanden veroordeeld tot het betalen van een schadevergoeding van € 1.000,- aan eiser voor de onrechtmatige vrijheidsontneming gedurende 10 dagen. Daarnaast werden de proceskosten van eiser vastgesteld op € 1.518,-. De uitspraak is openbaar gemaakt en er kan binnen een week hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State.