ECLI:NL:RBDHA:2022:12704

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
23 november 2022
Publicatiedatum
29 november 2022
Zaaknummer
AWB 22/5525
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens termijnoverschrijding en adreswijziging in vreemdelingenrechtelijke procedure

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 23 november 2022 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de intrekking van de internationale beschermingsstatus van de verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd van eiser. Eiser had beroep ingesteld tegen het besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, dat op 24 januari 2020 was genomen. De rechtbank heeft vastgesteld dat het beroepschrift van eiser, dat op 22 augustus 2022 was ingediend, te laat was ontvangen, aangezien de termijn voor het indienen van beroep op 21 februari 2020 was verstreken.

De rechtbank heeft in haar overwegingen benadrukt dat de termijn voor het indienen van een beroepschrift vier weken bedraagt, en dat deze termijn begint te lopen vanaf de dag na de bekendmaking van het besluit. De rechtbank heeft vastgesteld dat het bestreden besluit op de juiste wijze was bekendgemaakt aan eiser, aangezien het was verzonden naar het laatst bekende adres. Eiser had echter nagelaten om de staatssecretaris op de hoogte te stellen van zijn adreswijziging, wat hem de verantwoordelijkheid oplegde om dit binnen vijf dagen te doen.

De rechtbank concludeert dat eiser door zijn nalatigheid het risico heeft genomen dat het besluit naar zijn oude adres zou worden verzonden. Aangezien het beroep te laat was ingediend en er geen verschoonbare termijnoverschrijding kon worden vastgesteld, heeft de rechtbank het beroep kennelijk niet-ontvankelijk verklaard. De uitspraak is gedaan door rechter E.F. Bethlehem, in aanwezigheid van griffier S.C. Spruijt, en is openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummers: AWB 22/5525

uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[Naam], eiser

v-nummer: [Nummer]
(gemachtigde: mr. Z.M. Alaca),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid.

Procesverloop

Bij besluit van 24 januari 2020 (het bestreden besluit) heeft verweerder de internationale
beschermingsstatus van de verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd van eiser
ingetrokken. [1]
Eiser heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.
De rechtbank doet op grond van artikel 8:54 van de Awb [2] zonder zitting.

Overwegingen

1. Op grond van artikel 69 van de Vw bedraagt de termijn voor het indienen van een bezwaar- of beroepschrift, in afwijking van artikel 6:7 van de Awb, vier weken. Gelet op artikel 6:8, eerste lid, van de Awb vangt deze termijn aan met ingang van de dag na die waarop het besluit op de voorgeschreven wijze is bekendgemaakt.
2. Bekendmaking van een besluit geschiedt volgens artikel 3:41, eerste lid van de Awb door toezending of uitreiking van het besluit aan de belanghebbende. Op grond van artikel 6:9, eerste lid, van de Awb is een bezwaarschrift tijdig ingediend indien het voor afloop van de termijn is ontvangen. In artikel 6:11 van de Awb is bepaald dat ten aanzien van een na afloop van de termijn ingediend bezwaar- of beroepschrift de niet-ontvankelijkheid vanwege de termijnoverschrijding achterwege blijft indien redelijkerwijs niet kan worden geoordeeld dat de indiener in verzuim is geweest.
3. De termijn om beroep in te stellen tegen het bestreden besluit is aangevangen op 24 januari 2020 en eindigde op 21 februari 2020. Het beroepschrift van 22 augustus 2022 is daarom ruim buiten de in artikel 69 van de Vw bepaalde termijn van vier weken door verweerder ontvangen, zodat het beroep te laat is ingesteld. De vraag die de rechtbank dient te beantwoorden, is of de termijnoverschrijding verschoonbaar te achten is.
4. Volgens vaste rechtspraak van de Afdeling [3] heeft het bestuursorgaan aan zijn bekendmakingsverplichting als bedoeld in artikel 3:41 van de Awb voldaan als het besluit wordt verzonden naar het laatst bekende adres van de betrokkene, ook al is dit niet meer juist, en de betrokkene heeft nagelaten het bestuursorgaan van de adreswijziging op de hoogte te stellen.
5. Op eiser rust op grond van artikel 4.37 van het Vb [4] de verantwoordelijkheid om binnen vijf dagen na verandering van zijn adres of van woon- of verblijfplaats binnen Nederland de IND [5] daarvan op de hoogte te stellen.
6. Uit de door verweerder overgelegde uitdraai van 14 januari 2022 en het bestreden besluit van 24 januari 2020 blijkt dat het bestreden besluit is verzonden naar het laatst bekende adres van eiser. Eiser heeft verweerder niet op de hoogte gesteld van zijn nieuwe adres. Eiser heeft dan ook niet voldaan aan artikel 4.37 van het Vb. Eiser heeft door verweerder niet op de hoogte te brengen van zijn adreswijziging het risico genomen dat verweerder een eventueel besluit naar zijn oude adres zou versturen. De nadelige gevolgen van dit risico zijn geheel voor rekening van eiser.
7. Het beroep is dan ook kennelijk niet-ontvankelijk.
8. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door mr. E.F. Bethlehem, rechter, in aanwezigheid van mr. S.C. Spruijt, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
Afschrift verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak kan
binnenzes weken na de dag van verzending daarvan verzet worden gedaan bij deze rechtbank. De indiener van het verzetschrift kan daarbij vragen in de gelegenheid te worden gesteld over het verzet te worden gehoord.

Voetnoten

1.Op grond van artikel 32, eerste lid, aanhef en onder c, van de Vreemdelingenwet 2000 (Vw).
2.Algemene wet bestuursrecht.
3.Zie bijvoorbeeld de uitspraak van Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State van 17 maart 2014, ECLI:NL:RVS:2014:1082.
4.Vreemdelingenbesluit 2000.
5.Immigratie- en Naturalisatiedienst.