Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiseres] , eiseres
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 28 juni 2022 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de maatregel van bewaring van eiseres, die de Chinese nationaliteit heeft. De maatregel van bewaring was opgelegd door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid op 11 januari 2022, op grond van artikel 59, eerste lid, aanhef en onder a, van de Vreemdelingenwet 2000. Eiseres heeft beroep ingesteld tegen het voortduren van deze maatregel en verzocht om schadevergoeding.
De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen aanleiding is voor een zitting, en heeft de processtukken bestudeerd. Eiseres heeft aangevoerd dat er op korte termijn geen zicht is op uitzetting naar China, maar de rechtbank oordeelt dat de Staatssecretaris voldoende stappen heeft ondernomen om de uitzetting te realiseren. De rechtbank verwijst naar een eerder onderzoek en uitspraak van 17 mei 2022, waarin de rechtmatigheid van de maatregel van bewaring werd bevestigd tot het sluiten van dat onderzoek.
De rechtbank concludeert dat de Chinese autoriteiten de aanvraag voor een laissez passer in behandeling hebben genomen en dat er geen bewijs is dat zij geen medewerking verlenen. Eiseres kan de afgifte van een laissez passer mogelijk bespoedigen door haar medewerking te verlenen, maar zolang zij dat niet doet, is er geen sprake van het ontbreken van zicht op uitzetting. Uiteindelijk verklaart de rechtbank het beroep ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.