Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam], eiser,
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder,
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 7 december 2022 uitspraak gedaan in een asielprocedure waarbij de eiser, een Nigeriaanse nationaliteit, een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd had aangevraagd. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft deze aanvraag niet in behandeling genomen, omdat Italië verantwoordelijk zou zijn voor de behandeling van de aanvraag op basis van de Dublinverordening. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld, maar is niet verschenen op de zitting. De rechtbank heeft de zaak behandeld en geconcludeerd dat Italië in beginsel verantwoordelijk is voor de behandeling van het asielverzoek van eiser. Eiser stelde dat hij in Italië een reguliere verblijfsvergunning had, maar de rechtbank oordeelde dat de door eiser overgelegde stukken niet voldoende onderbouwd waren om deze claim te ondersteunen. De rechtbank heeft vastgesteld dat er een expliciet claimakkoord was tussen Nederland en Italië, en dat Italië zijn verdragsverplichtingen zal nakomen op basis van het interstatelijk vertrouwensbeginsel. Eiser heeft niet aannemelijk gemaakt dat hij in Italië geen opvang zal krijgen of dat hij daar in een onmenselijke situatie terecht zal komen. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat hoger beroep open bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.