ECLI:NL:RBDHA:2022:14962
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening inzake overdracht aan Italië
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 13 oktober 2022 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. De eiser, vertegenwoordigd door mr. L.J. Blijdorp, had beroep ingesteld tegen een besluit van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, waarin werd bepaald dat hij zou worden overgedragen aan de autoriteiten van Italië. Het bestreden besluit dateert van 9 september 2022.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening behandeld op 11 oktober 2022, maar beide partijen zijn niet verschenen, ondanks een bericht van verhindering. In de uitspraak van dezelfde dag, onder zaaknummer NL22.18047, heeft de rechtbank al uitspraak gedaan op het beroep van de eiser. Hierdoor was er geen noodzaak meer voor het treffen van een voorlopige voorziening.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. L.A. Banga, in aanwezigheid van griffier mr. E. Mulder, en is openbaar gemaakt op 13 oktober 2022. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.