ECLI:NL:RBDHA:2022:2431
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beëindiging van WIA-uitkering en geschiktheid voor arbeid na herbeoordeling
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 21 maart 2022 uitspraak gedaan in een geschil over de beëindiging van de WIA-uitkering van eiser. Eiser, die sinds 2012 een WIA-uitkering ontvangt, heeft in 2019 een herbeoordeling aangevraagd. De verzekeringsarts heeft vastgesteld dat de belastbaarheid van eiser is gewijzigd en heeft het arbeidsongeschiktheidspercentage vastgesteld op 39,30%. In een later besluit is dit percentage verder verlaagd naar 33,17%, wat leidde tot de beëindiging van de uitkering per 26 december 2020. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld, maar de rechtbank oordeelt dat de rapportages van de verzekeringsartsen zorgvuldig zijn opgesteld en dat er geen aanleiding is om te twijfelen aan de vastgestelde belastbaarheid. De rechtbank concludeert dat eiser geschikt is voor de geduide functies en verklaart het beroep ongegrond. De rechtbank wijst erop dat het aan eiser is om aan te tonen dat de medische beoordeling onjuist is, wat niet is gebeurd. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien om een onafhankelijke deskundige in te schakelen en oordeelt dat de arbeidskundige beoordeling ook niet onzorgvuldig is geweest.