ECLI:NL:RBDHA:2022:3475
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de afgrenzing van een Wob-verzoek met betrekking tot openbaarmaking van documenten
In deze zaak heeft eiseres, een B.V., een Wob-verzoek ingediend op 26 juni 2018 om openbaarmaking van documenten die betrekking hebben op de aanwijzing van haar en regionale netbeheerders elektriciteit en gas, daterend van na 26 juni 2014. Verweerder, de minister van Economische Zaken en Klimaat, heeft het verzoek toegewezen tot de datum van de aanvraag, maar eiseres is van mening dat alle documenten tot aan de datum van de beslissing op bezwaar, 2 november 2020, openbaar gemaakt moeten worden.
De rechtbank heeft op 23 maart 2022 geoordeeld dat de tekst van het Wob-verzoek leidend is voor de reikwijdte van de openbaarmaking. De rechtbank overweegt dat er geen einddatum is opgegeven in het verzoek en dat eiseres in bezwaar het verzoek niet nader heeft gespecificeerd. Hierdoor concludeert de rechtbank dat verweerder het Wob-verzoek terecht heeft afgegrensd tot de datum van de aanvraag, 26 juni 2018.
Het beroep van eiseres is ongegrond verklaard, en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun rechtsmiddelen.