ECLI:NL:RBDHA:2022:4163

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
2 mei 2022
Publicatiedatum
3 mei 2022
Zaaknummer
C/09/577796 / HA ZA 19-807
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Proces-verbaal
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Mondelinge uitspraak in internationale civiele zaak tegen Venezolaans olieconcern over betalingsvorderingen uit bouwcontract

Op 2 mei 2022 heeft de Rechtbank Den Haag een mondelinge uitspraak gedaan in een civiele zaak tussen de Italiaanse rechtspersoon Energy Coal S.p.A. en de Venezolaanse olieconcerns PDVSA Petroleo S.A. en PETROLEOS DE VENEZUELA S.A., evenals de Nederlandse vennootschap Propernyn B.V. Energy Coal vorderde betaling van facturen die voortvloeien uit een contract voor de bouw van appartementen in Venezuela. De rechtbank heeft de vorderingen van Energy Coal jegens PDVSA Petroleo c.s. met betrekking tot het Housing Development Contract afgewezen, terwijl de procedure voor de overige vorderingen is aangehouden. De rechtbank oordeelde dat Energy Coal onvoldoende bewijs had geleverd voor haar vordering tot betaling, met name omdat er onduidelijkheden bestonden over de uitvoering van het contract en de betalingen die daarop volgden. De rechtbank merkte op dat er mogelijk sprake was van corruptie in de contacten tussen de partijen, wat de beoordeling van de vordering verder bemoeilijkte. De uitspraak is gedaan na een comparitie van partijen, waarbij beide partijen hun standpunten hebben toegelicht. De rechtbank heeft de vorderingen van Energy Coal tot betaling van bedragen op grond van het Housing Development Contract als onvoldoende onderbouwd afgewezen, en de overige vorderingen zijn aangehouden tot een uitspraak van het hof.

Uitspraak

proces-verbaal

RECHTBANK DEN HAAG

Team handel
zaaknummer / rolnummer: C/09/577796 / HA ZA 19-807
Proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van 2 mei 2022
in de zaak van
de rechtspersoon naar Italiaans recht
ENERGY COAL SPA, te Genua, Italië,
eiseres,
advocaat mr. V.R. Pool te Rotterdam,
tegen
1. de rechtspersoon naar Venezolaans recht
PDVSA PETROLEO S.A., te Caracas, Venezuela,
2. de rechtspersoon naar Venezolaans recht
PETROLEOS DE VENEZUELA S.A., te Caracas, Venezulea,
3.
PROPERNYN B.V., te Den Haag,
gedaagden,
advocaat mr. A. Rosielle te Amsterdam.
Partijen worden hierna Energy Coal, PDVSA Petroleo, PDVSA en Propernyn genoemd. Met PDVSA Petroleo c.s. worden gedaagden hierna gezamenlijk aangeduid.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het vonnis in incident van 14 april 2021;
  • de conclusie van antwoord, met producties;
  • het tussenvonnis van 6 april 2022, waarbij een comparitie van partijen is bevolen;
  • de door Energy Coal op 20 april 2022 ingediende producties 34 tot en met 40;
  • de akte eisvermindering tevens overlegging producties van Energy Coal, met producties;
  • de comparitie van partijen op 2 mei 2022, waarbij namens Energy Coal mr. J.A. Kruit en mr. A.J. Nagtegaal en namens PDVSA Petroleo c.s. mr. A. Rosielle en mr. L.M. Smits zijn verschenen.
Van het verhandelde ter zitting is geen afzonderlijk proces-verbaal opgemaakt.
De rechtbank heeft na een schorsing van de zitting onmiddellijk mondeling uitspraak gedaan op de voet van artikel 30p van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.

2.De beslissing

De rechtbank:
2.1.
wijst de vorderingen van Energy Coal jegens PDVSA Petroleo c.s. voor wat betreft het Housing Development Contract af;
2.2.
houdt de procedure voor het overige aan.

3.De beoordeling

3.1.
De rechtbank geeft hiervoor de volgende motivering.
3.2.
Gelet op het vonnis van 14 april 2021 in bevoegdheidsincident en de vermindering van eis, liggen - kort gezegd - nog ter beoordeling voor de vorderingen van Energy Coal tot betaling:
door PDVSA Petroleo c.s. van US$ 19.672.229,73 met betrekking tot het Housing Development Contract;
door Propernyn van US$ 29.534.620,49 met betrekking tot het Outbound Renovation Contract, het Product Movement Service Contract en het Floating Cranes Contract;
door PDVSA Petroleo c.s. van de kosten van de in Den Haag gelegde beslagen;
door PDVSA Petroleo c.s. van de kosten van de vertalingen;
door PDVSA Petroleo c.s. van de kosten van de juridische opinie van Bentata .
Vordering van Energy Coal op PDVSA Petroleo in verband met Housing Development Contract
3.3.
Energy Coal baseert haar vordering onder a) jegens PDVSA Petroleo op nakoming van het contract door betaling van het volgens Energy Coal nog openstaande gedeelte van haar facturen. Volgens Energy Coal zijn PDVSA en Propernyn mede hoofdelijk verbonden op grond van doorbraak van aansprakelijkheid naar Venezolaans recht.
3.4.
Tussen partijen staat vast dat Venezolaans recht van toepassing is op het Housing Development Contract.
3.5.
Het Housing Development Contract is een contract voor de bouw van 77 appartementencomplexen met in totaal 1.540 appartementen als onderdeel van het Gran Vivienda housing development project in San Fransisco de Yare in de deelstaat Miranda, Venezuela. Energy Coal is een in Italië gevestigde, internationaal opererende
handelsonderneming, gespecialiseerd in de verkoop van onder meer petcoke. Daarnaast exploiteerde zij in het verleden terminals en verleende zij diensten aan terminals. Volgens het Housing Development Contract zou Energy Coal voor het neerzetten van de 1.540 appartementen worden betaald in ladingen petcoke, op basis van een apart Commercial Contract. Reden hiervoor was de omstandigheid dat PDVSA Petroleo c.s. niet beschikte over voldoende liquide middelen, maar wel over petcoke.
3.6.
In de dagvaarding heeft Energy Coal geschreven dat haar onderaannemer Sarleaf Ltd. (hierna: Sarleaf) de bouwwerkzaamheden heeft verricht tussen augustus 2012 en oktober 2013. Voor de werkzaamheden zijn vier facturen verstuurd tot een totaalbedrag van US$ 64.738.841,80. Energy Coal heeft de facturen overgelegd. Het totaal door PDVSA Petroleo aan Energy Coal verschuldigde bedrag was US$ 61.501.899,71. In de dagvaarding heeft Energy Coal gesteld dat PDVSA Petroleo slechts een bedrag van US$ 27.701.712,98 heeft betaald en dat een te betalen bedrag resteert van US$ 33.800.186,73.
In de dagvaarding besteedt Energy Coal vier paragrafen aan het Housing Development Contract. Zij stelt verder niets over de bouw van de 1.540 appartementen of de oplevering ervan en heeft op deze punten ook geen stukken overgelegd. Zij gaat voorts niet in op de vraag waarom PDVSA Petroleo tot op heden de volgens Energy Coal verschuldigde facturen nog niet heeft betaald. Zij heeft wel kort aangeduid dat binnen PDVSA Petroleo verschil van opvatting bestaat over de verschuldigdheid van de facturen en de betalingen die erop hebben plaatsgevonden. Dit zou enkel komen omdat de Contract Administration Manager en de Invoicing and Accounting Manager van PDVSA Petroleo afwijkende allocatiecriteria gebruiken.
3.7.
Bij akte eiswijziging heeft Energy Coal haar vordering verminderd met een bedrag van US$ 14.227.957 omdat PDVSA Petroleo, Energy Coal en Sarleaf overeenstemming hebben bereikt over de verrekening van facturen. Daarvoor verwijst ze naar een door haar overgelegde, ongedateerde credit agreement. De totale vordering van Energy Coal ten aanzien van het Housing Development Contract bedraagt na deze eisvermindering US$ 19.672.229,73.
3.8.
PDVSA Petroleo c.s. hebben aangevoerd dat in de periode 2012 en 2013 geen begin is gemaakt met de bouw van het appartementencomplex, dat de overeenkomst in 2014 is beëindigd en dat PDVSA Petroleo een nieuwe overeenkomst heeft gesloten met Sarleaf in 2014. Toen is wel begonnen met de bouw, maar het appartementencomplex is pas in 2016 opgeleverd, terwijl het toen eigenlijk nog niet klaar was.
PDVSA Petroleo c.s. stellen dat sprake is van corruptie voor wat betreft het contract tussen Energy Coal en PDVSA Petroleo, waarbij een corrupte medewerker van PDVSA Petroleo heeft toegestaan dat Energy Coal een miljoenen contract is gegund voor de bouw van een appartementencomplex dat nooit is gerealiseerd, maar PDVSA Petroleo wel tientallen miljoenen heeft gekost. Dit geld is terecht gekomen in de zakken van Energy Coal en een derde die op deze manier gelden uit Venezuela in Amerikaanse dollars wist om te zetten.
3.9.
Voor de rechtbank is veel onduidelijk. Energy Coal vordert betaling vanwege de bouw van een appartementencomplex. De rechtbank dient te beoordelen of deze vordering van Energy Coal gegrond is. Mede gelet op het verweer van PDVSA Petroleo c.s. is de rechtbank van oordeel dat Energy Coal haar vordering tot betaling van de bedragen op grond van de bouw van een appartementencomplex onvoldoende heeft toegelicht.
De rechtbank baseert dit oordeel op de volgende onduidelijkheden, die ook na de comparitie zijn blijven bestaan:
( i) Energy Coal heeft in de dagvaarding gesteld dat de werkzaamheden plaatsvonden tussen augustus 2012 en oktober 2013, maar ze heeft ook verklaard dat PDVSA Petroleo het contract in 2014 heeft beëindigd en een overeenkomst heeft gesloten met Sarleaf voor de voltooiing van het werk. Voor de rechtbank is dan ook niet duidelijk welke werkzaamheden Sarleaf onder het contract van PDVSA Petroleo met Energy Coal heeft uitgevoerd. Tijdens de comparitie van partijen heeft Energy Coal hierover gezegd dat Energy Coal facturen van Sarleaf heeft betaald en erop heeft vertrouwd dat die facturen juist waren. Zij heeft verwezen naar een Spaanstalige website waarop foto’s zijn te zien waaruit blijkt dat in 2012 begonnen is met de bouw. Over hoeveel er in 2012 en 2013 is gebouwd, kon Energy Coal de rechtbank geen nadere informatie geven;
(ii) Energy Coal stelt dat PDVSA Petroleo de facturen heeft goedgekeurd, maar zij heeft niet kunnen toelichten, waaruit dat blijkt. Op de facturen staat enkel een bericht van ontvangst van de factuur: “
recibido|”;
(iii) Energy Coal heeft tijdens de comparitie van partijen niet weersproken dat sprake kan zijn van corruptie in de contacten tussen PDVSA Petroleo en Sarleaf. Zij heeft Sarleaf op verzoek van PDVSA Petroleo gecontracteerd als onderaannemer. Ze stelt dat ze eigenlijk alleen commissionair is geweest en geen betrokkenheid heeft bij corruptie en niet bij de bouw van de appartementen. Energy Coal was echter de hoofdaannemer en dient haar stellingen dat PDVSA Petroleo de bedragen verschuldigd is omdat er is gebouwd, nader toe te lichten.
(iv) Energy Coal meldt verder dat het zou gaan om ingewikkelde credit arrangements. Tijdens de zitting heeft zij nog erop gewezen dat ze betaald zou worden in petcokes, maar dat PDVSA Petroleo de petcokes niet altijd zonder meer wilde leveren, omdat de verstuurde facturen niet altijd in de pas liepen met de te leveren petcokes. Dan moest Energy Coal alsnog betalen voor de petcokes of zekerheid stellen. Dit een en ander sluit niet aan op de korte stellingen in de dagvaarding dat zij betaling vordert van werkzaamheden in verband met de bouw van een appartementencomplex;
( v) En waarom moet PDVSA Petroleo deze bedragen nu in dollars betalen, als één van de redenen waarom PDVSA Petroleo met de petcoke handelaar Energy Coal een contract is aangegaan voor de bouw van een appartementencomplex was dat zij Energy Coal in petcoke kon betalen.
3.10.
Energy Coal heeft nog wel bewijs aangeboden door middel van het horen van getuigen. Als getuige kan worden gehoord de heer [naam] die feitelijke uitleg kan geven over de uitvoering en het verloop van de projecten. Stellingen over de uitvoering en het verloop van het Housing Development Contract had Energy Coal echter in de dagvaarding moeten opnemen. Deze kunnen niet voor het eerst via getuigen in het geding worden gebracht. De omstandigheid dat Energy Coal deze getuige voordraagt, bevestigt overigens dat zij haar vordering baseert op de bouw van de appartementen.
Aansprakelijkheid overige vennootschappen
3.11.
Voor wat betreft het Housing Development Contract is niet komen vast te staan dat PDVSA Petroleo bedragen aan Energy Coal verschuldigd is. Derhalve hoeft de rechtbank zich niet uit te laten over de vraag of PDVSA en Propernyn ten aanzien van dit contract mogelijk aansprakelijk zijn uit hoofde van concernaansprakelijkheid.
Overige vorderingen
3.12.
Tijdens de comparitie van partijen heeft Energy Coal aanhouding gevraagd van de vorderingen onder b), omdat zij hoger beroep heeft ingesteld van het inicidentele vonnis van de rechtbank van 14 april 2021. Gelet hierop worden de vorderingen jegens Propernyn aangehouden tot het hof Den Haag zich heeft uitgesproken over de bevoegdheid van de rechtbank om kennis te nemen van de vorderingen van Energy Coal jegens PDVSA Petroleo en PDVSA op basis van het Outbound Renovation Contract, het Product Movement Service Contract en het Floating Cranes Contract. Deze aanhouding geldt ook voor de overige onder 3.2 genoemde vorderingen en voor de proceskosten.
Deze mondelinge uitspraak is gedaan door mr. A.C. Bordes en in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier, waarvan is opgemaakt dit proces-verbaal dat is verzonden op 3 mei 2022.