ECLI:NL:RBDHA:2022:4274

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
2 mei 2022
Publicatiedatum
6 mei 2022
Zaaknummer
NL21.16867
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • B.F.Th. de Roos
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing asielaanvraag van Salvadoraanse moeder en haar minderjarige kinderen wegens gebrek aan geloofwaardigheid van bedreigingen door Mara Salvatrucha

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 2 mei 2022 uitspraak gedaan in een asielprocedure waarbij een Salvadoraanse moeder, eiseres, haar asielaanvraag had ingediend voor haarzelf en haar drie minderjarige kinderen. De moeder had verklaard dat zij en haar gezin in El Salvador bedreigd en afgeperst werden door de bende Mara Salvatrucha (MS). De rechtbank heeft de asielaanvraag afgewezen, omdat de verklaringen van eiseres als ongeloofwaardig werden beschouwd. De rechtbank oordeelde dat eiseres tegenstrijdige verklaringen had afgelegd over de omstandigheden waaronder zij El Salvador had verlaten en dat er onvoldoende bewijs was voor de gestelde bedreigingen door de bende.

Eiseres had op 13 februari 2020 asiel aangevraagd, nadat zij op 5 december 2019 met haar kinderen was gevlucht. De rechtbank heeft vastgesteld dat de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid de aanvraag op 1 oktober 2021 had afgewezen, omdat eiseres geen reëel risico op vervolging of ernstige schade bij terugkeer naar El Salvador zou lopen. De rechtbank heeft de argumenten van eiseres, waaronder haar kwetsbare positie en de inconsistenties in haar verklaringen, gewogen en geconcludeerd dat de staatssecretaris terecht had geoordeeld dat de asielaanvraag ongegrond was.

De rechtbank heeft in haar overwegingen benadrukt dat de verklaringen van eiseres over de bedreigingen door de bende MS niet consistent waren en dat de nieuwe bewijsstukken die zij had ingediend, niet voldoende waren om haar verhaal te onderbouwen. De rechtbank heeft het beroep van eiseres ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er is een rechtsmiddel tegen deze uitspraak mogelijk bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: NL21.16867

uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[Naam], eiseres

V-nummer: [Nummer],
mede voor haar minderjarige kinderen
[Naam 2]en
[Naam 3]
V-nummers: [Nummer 2] en [Nummer 3]
(gemachtigde: mr. B. Manawi),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. J.J.F.M. van Raak).

ProcesverloopBij besluit van 1 oktober 2021 (het bestreden besluit) heeft verweerder de asielaanvraag van eiseres in de verlengde procedure afgewezen als ongegrond.

Eiseres heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.
Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
De rechtbank heeft het beroep op 1 april 2022 op zitting behandeld te Breda. Eiseres is verschenen, bijgestaan door haar gemachtigde. Als tolk is verschenen E.A. Epelbaum. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

1. Eiseres stelt te zijn geboren op [Geb. datum] 1982 en van Salvadoraanse nationaliteit te zijn.
2. Eiseres heeft samen met haar drie kinderen El Salvador verlaten en op 13 februari 2020 asiel aangevraagd. Voor de meerderjarige dochter van eiseres, [Naam 4], is een zelfstandige asielprocedure doorlopen waarop op 31 december 2021 is beslist. Daartegen is ook beroep ingesteld en dat beroep is bij de rechtbank bekend onder zaaknummer NL22.1117. Op dat beroep is nog geen uitspraak gedaan.
3. Eiseres heeft aan haar asielaanvraag ten grondslag gelegd dat zij en haar gezin in El Salvador ongeveer een jaar lang door de bende MS [1] zijn bedreigd en afgeperst. Eiseres heeft verklaard dat alles is begonnen in december 2018, toen haar man onderweg was en werd tegengehouden door twee jongens op een motor. De jongens hebben zijn portemonnee afgepakt waar zijn identiteitskaart in zat. Daarop zagen zij wat zijn adres was en daarna werden zij afgeperst. In oktober/november 2019 zijn volgens eiseres de intimidaties begonnen en in december 2019 is haar man een ultimatum gesteld. Toen MS hen op 5 december 2019 thuis met een pistool heeft bedreigd, is eiseres met haar kinderen gevlucht en hebben zij twee maanden later het land verlaten. De man van eiseres is in El Salvador achtergebleven, evenals haar zus die bij hen inwoonde.
4. Bij het bestreden besluit heeft verweerder de asielaanvraag afgewezen als ongegrond op grond van artikel 31, eerste lid, van de Vw. [2] Verweerder vindt dat eiseres geen vervolging te vrezen heeft en dat zij geen reëel risico loopt op ernstige schade bij terugkeer naar El Salvador. Verweerder heeft de gestelde afpersing en bedreiging door de bende MS niet geloofwaardig geacht. Overwogen is dat eiseres tegenstrijdige verklaringen heeft afgelegd, onder meer over het moment waarop zij met haar gezin de woning in San Miguel heeft verlaten.
5. Eiseres heeft aangevoerd dat het bestreden besluit onzorgvuldig tot stand is gekomen en ondeugdelijk is gemotiveerd. Eiseres vindt het onbegrijpelijk dat verweerder zo de nadruk legt op de tegenstrijdigheid in de verklaringen over wanneer ze haar huis heeft verlaten. Eiseres verwijst naar WI [3] 2021/13 ‘Nader gehoor’, waarin is vermeld dat het denkbaar is dat een vreemdeling zich wil afsluiten van bepaalde (traumatiserende) gebeurtenissen en daarmee gaten in zijn relaas houdt. Eiseres zegt dat zij zich tijdens het aanmeldgehoor en eerste gehoor er totaal niet van bewust was wat precies met de vragen over ‘verblijfplaats’, ‘laatste woonadres’ en ‘daadwerkelijk vertrek’ werd bedoeld, en dat zij pas bij het nader gehoor goed kon nadenken en haar verhaal kon concretiseren. Verweerder heeft volgens eiseres onvoldoende oog gehad voor haar kwetsbare, geëmotioneerde en getraumatiseerde positie. Eiseres meent dat zij wel degelijk op consistente en geloofwaardige wijze heeft verklaard.
De rechtbank oordeelt als volgt.
6. Eiseres heeft tijdens het nader gehoor verklaard dat zij op 5 december 2019, de dag van het incident, met haar kinderen is weggereden.
“Ik heb toen hulp gezocht bij familie van mij en we zijn toen twee of drie dagen in het huis van familie geweest.” [4] Eiseres heeft vervolgens verklaard dat zij daar haar man heeft gebeld, dat hij naar hen toe is gekomen, tot zij besloten dat zij daar niet konden zijn. Op de vraag van de gehoormedewerker of zij al die tijd (tot haar vertrek uit El Salvador op 10 februari 2020) niet thuis is geweest, heeft zij geantwoord:
“Nee, ik ben daarna tijdelijk naar een andere stad gegaan.”
Tijdens het eerste gehoor heeft eiseres op de vraag, waar zij tot 10 februari 2020 heeft verbleven, geantwoord:
“Ik verplaatste me, ik had mijn kinderen bij een vriendin ondergebracht en ikzelf verplaatste me van mijn eigen huis, het huis van mijn vriendin en ik zette alles in werking om weg te kunnen gaan.” [5]
Deze verklaringen komen op cruciale punten niet met elkaar overeen en verweerder heeft dat in het bestreden besluit terecht als tegenstrijdig aangemerkt. Naar het oordeel van de rechtbank kan uit de beantwoording van de vragen niet worden afgeleid dat eiseres de vragen niet goed zou hebben begrepen. De beantwoording is open en gedetailleerd, zowel tijdens het eerste als tijdens het nader gehoor. De correctie die eiseres in haar brief van 16 juni 2021 op het rapport nader gehoor heeft aangebracht, namelijk dat zij met de ‘andere stad’ het huis van een vriendin bedoelde, neemt de cruciale tegenstrijdigheden niet weg. Verweerder heeft er in zijn verweerschrift tevens terecht op gewezen dat eiseres tijdens alle gehoren heeft verklaard de tolk goed te kunnen begrijpen en verstaan. Verweerder heeft aan deze tegenstrijdigheid groot gewicht mogen toekennen, omdat deze raken aan de kern van het asielrelaas van eiseres.
7. Over de foto die eiseres bij haar zienswijze heeft overgelegd, heeft verweerder in het bestreden besluit terecht overwogen dat daaruit niet blijkt dat het om MS-leden gaat en dat eiseres door deze mensen is afgeperst. Daarbij is de kopie van de foto van zeer slechte kwaliteit. Eiseres heeft daarmee haar asielrelaas niet gestaafd.
8. Eiseres heeft ter onderbouwing van haar gestelde problemen met MS aangevoerd dat haar zwager, [Naam 5], op 16 november 2020 is vermoord en dat deze zwager bij haar thuis inwoonde. Verweerder heeft de over deze zwager afgelegde verklaringen niet ten onrechte ongeloofwaardig geacht. Verweerder heeft eiseres daarbij terecht tegengeworpen dat zij wisselende verklaringen heeft afgelegd over haar woonsituatie in El Salvador. Zowel tijdens het aanmeldgehoor als tijdens het eerste gehoor zijn vragen zijn gesteld over haar woonsituatie. Tijdens het aanmeldgehoor op 20 februari 2020 heeft eiseres verklaard dat zij haar hele leven in het huis in San Miguel heeft gewoond en dat zij daar woonde met haar echtgenoot, haar drie kinderen en haar zus. [6] Tijdens het eerste gehoor op 1 oktober 2020 heeft eiseres verklaard dat haar man en haar zus nog steeds in de woning wonen. [7] Dat de zwager ook bij hen inwoonde is voor het eerst ter sprake gekomen tijdens het nader gehoor [8] , nadat eiseres heeft verklaard over de moord op haar zwager.
Eiseres heeft foto’s overgelegd waarmee zij de relatie van haar zus met [Naam 5], zijn identiteit en zijn overlijden heeft willen onderbouwen, maar daarmee is de tegenstrijdigheid in de afgelegde verklaringen over de woonsituatie in El Salvador niet weggenomen. Evenmin worden met de overgelegde foto’s de gestelde problemen met MS onderbouwd.
9. Eiseres heeft verklaard dat haar man en haar zus in het huis in San Miguel zijn achtergebleven. Eiseres heeft tijdens het eerste gehoor verteld dat haar man niet mee kon komen omdat zij niet voldoende geld hadden om tickets voor iedereen te kopen [9] . Tijdens het nader gehoor heeft eiseres verklaard dat haar man ook na haar vertrek niet heeft geprobeerd om naar Nederland te komen, omdat iemand daar moest blijven om het huis te bewaken. [10] Verweerder heeft gelet op deze verklaringen terecht tegengeworpen dat eiseres tegenstrijdig heeft verklaard over de reden waarom haar man is achtergebleven in El Salvador.
Eiseres heeft verder tijdens het nader gehoor verklaard dat zij na haar vertrek nog een keer contact heeft gehad met haar man, en met haar zus niet:
“Met mijn man één keer, een paar dagen later. En dat deed hij om een foto naar mij te sturen waaruit bleek dat hij was aangevallen.”. [11]
10. Verweerder heeft het door eiseres gestelde, dat zij na haar vertrek slechts een keer contact met haar man heeft gehad, namelijk enkele dagen na haar vertrek op 10 februari 2020, terecht ongeloofwaardig geacht. Verweerder heeft er in het bestreden besluit op gewezen dat eiseres een foto op Facebook heeft gepost en dat haar echtgenoot die foto op 15 april 2021 heeft geliket. Dat gegeven is in tegenspraak met de door eiseres afgelegde verklaring dat er, behoudens enkele dagen na haar vertrek, geen contact is geweest. De gehoormedewerker heeft eiseres daarover tijdens het nader gehoor bevraagd, en eiseres heeft geantwoord:
“Op social media vind ik niet dat zoiets betrouwbaar is. Het zou ook kunnen dat iemand zijn telefoon heeft gepakt en dat gedaan heeft. Er is zoveel fake tegenwoordig.”. [12] Verweerder heeft die reactie naar het oordeel van de rechtbank bevreemdend mogen vinden en heeft ongeloofwaardig mogen achten dat eiseres er simpelweg van uit is gegaan dat het account van haar man niet echt was. Gelet op de eerder afgelegde verklaring dat eiseres al meer dan een jaar geen contact meer heeft gehad met haar man, moet deze ‘like’ volgens verweerder voor haar een hele heftige gebeurtenis zijn geweest. Verweerder heeft daarbij kunnen meewegen dat hij het niet geloofwaardig vindt dat eiseres niet heeft getracht te achterhalen wie de persoon achter het Facebook-account van haar man is, en of het daadwerkelijk haar man is geweest die de foto heeft geliket. Daarbij heeft verweerder in het verweerschrift terecht erop gewezen dat eiseres haar stelling, dat het account mogelijk gehackt is, niet heeft onderbouwd.
11. Verweerder heeft eveneens kunnen meewegen dat ook de verklaringen over het achterblijven van haar man en zus in de woning na hun vertrek niet geloofwaardig zijn. Verweerder heeft zich voldoende gemotiveerd op het standpunt gesteld dat niet valt in te zien dat de man en zus van eiseres gewoon in de woning zijn blijven wonen, terwijl de situatie zo gevaarlijk was geworden dat eiseres vreesde voor haar leven en dat van haar gezin.
12. Tot slot heeft verweerder in het verweerschrift gewezen op de nieuwe bewijsstukken (nieuwe foto’s en identiteitskaart) die eiseres bij haar zienswijze en daarna heeft overgelegd. Dat eiseres in de loop van de procedure nieuwe bewijsstukken heeft kunnen inbrengen, is in tegenspraak met haar afgelegde verklaring dat zij na vertrek geen contact meer heeft gehad met haar zus en slechts een keer met haar man.
Verweerder heeft in het bestreden besluit over de foto’s van verwondingen terecht opgemerkt dat deze niets zeggen over de toedracht van deze verwondingen.
13. De rechtbank komt op basis van het voorgaande tot het oordeel dat verweerder het relevante element ‘afpersing en bedreiging door de bende MS’ niet ten onrechte ongeloofwaardig heeft geacht. Verweerder heeft voldoende gemotiveerd dat het niet aannemelijk is dat eiseres en haar gezin te vrezen hebben voor vervolging bij terugkeer naar El Salvador zoals bedoeld in het Vluchtelingenverdrag, dan wel dat zij bij terugkeer naar hun land van herkomst een reëel risico lopen op ernstige schade.
14. Het beroep is ongegrond.
15. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. B.F.Th. de Roos, rechter, in aanwezigheid van N.A. D’Hoore, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
De uitspraak is uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:
Rechtsmiddel
Tegen deze uitspraak kan hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen vier weken na de dag van bekendmaking.

Voetnoten

1.Mara Salvatrucha.
2.Vreemdelingenwet 2000.
3.Werkinstructie.
4.Rapport nader gehoor, pagina 19 van 24.
5.Rapport eerste gehoor, pagina 10 van 14.
6.Rapport aanmeldgehoor, pagina 6 en 9 van 13.
7.Rapport eerste gehoor, pagina 6 van 14.
8.Rapport nader gehoor, pagina 10 van 24.
9.Rapport eerste gehoor, pagina 11 van 14.
10.Rapport nader gehoor, pagina 22 van 24.
11.Rapport nader gehoor, pagina 5 van 24.
12.Rapport nader gehoor, pagina 23 van 24.