Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.De procedure
- de dagvaarding van 14 september 2021 (met producties),
- de conclusie van antwoord,
- het tussenvonnis van 13 april 2022 waarin een mondelinge behandeling is bepaald,
- de mondelinge behandeling van 16 mei 2022, waarbij eiseres in persoon in verschenen, bijgestaan door haar advocaat, en vergezeld van haar moeder en zus. Gedaagde is niet verschenen. Zijn advocaat is wel verschenen.
2.De vordering
- i) een verklaring voor recht dat [gedaagde] aansprakelijk is voor de schade van [eiseres];
- ii) een veroordeling van [gedaagde] tot betaling van een voorschot op schadevergoeding van € 69.226,03; en
- iii) een veroordeling van [gedaagde] in de proceskosten, waaronder de eigen bijdrage toevoeging van € 152.
3.De feiten en de beoordeling
De avond van 19 juni 2020 bevonden [gedaagde] en ik ons in de woning [adres]. [gedaagde] was aan het gamen. Hij speelde FIFA (een voetbalspel). [gedaagde] wordt altijd agressief tijdens het gamen. Ook dit keer, de nacht van 19 op 20 juni, gebeurde dit. [gedaagde] had alcohol op. Ik denk een bier of negen. [gedaagde] had ook cocaïne gesnoven. [gedaagde] was de hele tijd tijdens het gamen ook agressief naar mij. [gedaagde] schiet dan uit zijn slof als ik iets zeg. En omdat ik diegene ben die dichtbij hem is, uit hij dat op mij. Ik moet [gedaagde] ook altijd ‘supporten’ (aanmoedigen) van hem. Ik moet hem dan aanmoedigen in het spel wat hij speelt. Dit keer was dat dus FIFA. [gedaagde] gooit ook spullen kapot tijdens het gamen als hij agressief is. Later op de avond zei ik dat ik onze twee hondjes even wilde gaan uitlaten. Ik liep naar de trap in onze woning. Ik stond bovenaan de trap. ik zei wat onbenulligs en [gedaagde] schoot uit zijn slof. Ik was op dit moment ook duizelig, want ik had de hele avond al een migraine aanval. Ik zag allemaal sterretjes. Hij schoot uit zijn slof. Ik zag dat [gedaagde] op mij af kwam lopen. ik zeg dat hij op een agressieve manier om mij af kwam lopen. Het ging allemaal heel snel. Ik zag dat hij zijn armen in aan brede houding naast zijn lichaam hield. Ik voelde dat [gedaagde] mij met zijn hand of handen in mijn rug duwde. Ik ervoer deze duw alsof ik gegooid werd door [gedaagde]. Ik ben vervolgens van de trap gevallen ten gevolge van de duw door [gedaagde]. Het ging heel snel. Het betreft een trap van 17 of 8 treden. Ik weet nog dat ik onderaan de trap bij kwam en ik probeerde op te staan. Ik voelde een heel strak gevoel in mijn enkels, alsof een pees gescheurd was ten gevolgen van de val. Ik kon niet opstaan door dit strakke gevoel in mijn enkels. [naam 2] kwam meteen naar mij toe en leek geschrokken van hetgeen gebeurd was. Ik zei toen nog onbenullig tegen [gedaagde]; “schat, ik ga de trap wel even op en even liggen”. [gedaagde] hielp mij toen ook de trap op door mij deels op te tillen. Ik wist niet echt wat mij zojuist was overkomen. Ik ben toen op mijn knieën de trap op omhoog gekropen. Ik ban even gaan liggen op de bank en kort daarna ook gaan liggen in bed. Ik ben naar het bed toe gekropen, want ik kon niet op mijn benen staan. Ik kroop met één knie het bed in en [gedaagde] hielp mij voor de rest het bed In. Ik heb toen vijf pilletjes van 5 milligram oxycodon (pijnstiller) ingenomen tegen de pijn. Ik had deze pilletjes namelijk nog, omdat ik ook sarcoïdose patiënt ben. Ik ben toen in slaap gevallen en de volgende dag werd ik wakker. Ik werd wakker op 20 juni 2020. ik zag dat ik in een plas bloed lag in bed. Ik zag dat het dekbed en het hoeslaken onder het bloed zaten. (…) Deze dag, 20 juni 2020, ben ik met [gedaagde] naar het Westeinde Ziekenhuis, de Spoedeisende Hulp gegaan. (…)”
Ik hoorde haar gillen van de pijn. Hij zei niets, ik zag dat hij over haar heen gebukt stond. Met hij bedoel ik meneer [gedaagde]”. Verder heeft zij verklaard dat er vaak ruzie was bij de buren, en gescheld.
Ik vind het erg dat je er zo bij ligt want het is ook mijn schuld”.