5.2.De stelling dat het verschoonbaar is dat hij de dagvaarding en arrestatiebevelen niet al bij zijn vorige aanvragen kenbaar heeft gemaakt omdat eiser toen geen advocaat had, wat daar verder ook van zij, maakt het voorgaande niet anders. Het was eisers eigen verantwoordelijkheid om bij zijn aanvragen al aan te geven dat hij nieuwe documenten had. Dat heeft hij niet gedaan en dat komt voor eigen rekening en risico
6. Met de enkele stelling dat uit de overgelegde stukken en eisers verklaringen blijkt dat hij gevaar loopt bij teugkeer naar Iran heeft eiser niet onderbouwd waarom de aanvraag volgens hem niet als kennelijk ongegrond mocht worden afgedaan. Daarom al slaagt deze beroepsgrond niet.
7. Bij beschikking van 3 november 2016 is tegen betrokkene een terugkeerbesluit uitgevaardigd. Daarbij is aangegeven dat eiser Nederland binnen vier weken moet verlaten. Niet is gebleken dat aan die terugkeerverplichting is voldaan. Het uitgevaardigde terugkeerbesluit geldt daarom nog steeds. Het betoog dat zijn aanvraag ten onrechte kennelijk ongegrond is verklaard en dat daarom het terugkeerbesluit moet worden ingetrokken, slaagt gelet op hetgeen onder 6. is overwogen niet. De enkele stelling dat eiser goed gedrag vertoont in de penitentiaire inrichting is zonder nadere onderbouwing ook geen reden tot intrekking van het terugkeerbesluit.
8. De rechtbank is verder van oordeel dat verweerder terecht een zwaar inreisverbod heeft opgelegd. Tussen partijen is niet in geschil dat eiser bij vonnis van 15 december 2020 is veroordeeld tot veertig maanden gevangenisstraf, waarvan zes voorwaardelijk, vanwege een geweldsdelict. Hij heeft een slachtoffer bestolen en verkracht waarbij hij met een groot mes heeft gedreigd en meerdere malen heeft gezegd dat hij het slachtoffer dood zou maken. Eisers gedrag vormt een actuele, werkelijke en voldoende ernstige dreiging voor een fundamenteel belang van de samenleving. Het argument dat hij in detentie goed gedrag vertoont, maakt dat niet anders. Aan de gedragingen van eiser na zijn veroordeling komt weinig betekenis toe, nu deze alleen gerelateerd kunnen worden aan zijn verblijf in detentie. Hetzelfde geldt voor het feit dat als gevolg van de detentie vooralsnog niet is kunnen blijken dat het gevaar voor recidive is geweken.De stelling van de gemachtigde van eiser dat zij geen verweer heeft kunnen voeren omdat zij niet over het strafdossier beschikte, volgt de rechtbank niet. Verondersteld mag worden dat eiser over zijn eigen vonnis beschikt en dit deelt met zijn advocaat. Bovendien heeft de gemachtigde ter zitting aangegeven dat eisers belangen niet zijn geschaad nu het vonnis onherroepelijk is en daarmee een gegeven is.
9. Het beroep is ongegrond. Eiser komt niet in aanmerking voor toelating op grond van artikel 29, eerste lid, aanhef en onder a of b, van de Vreemdelingenwet 2000.
10. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.