ECLI:NL:RBDHA:2022:837
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep tegen ingetrokken inreisverbod
Op 31 januari 2022 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak tussen een eiser uit Servië en de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De eiser had beroep ingesteld tegen een besluit van 2 juli 2021, waarbij hem een inreisverbod voor een jaar was opgelegd. Echter, op 22 december 2021 heeft de staatssecretaris dit bestreden besluit ingetrokken, naar aanleiding van nieuwe informatie die de eiser had aangeleverd. De rechtbank heeft op 11 januari 2022 de zaak behandeld, maar de eiser is niet verschenen. De staatssecretaris was vertegenwoordigd door zijn gemachtigde.
De rechtbank heeft ambtshalve onderzocht of de eiser nog procesbelang had bij zijn beroep, nu het bestreden besluit was ingetrokken. Aangezien de eiser geen belang meer had bij de beoordeling van zijn beroep en ook niet had aangegeven waarom dit anders zou moeten zijn, heeft de rechtbank geoordeeld dat het beroep niet-ontvankelijk is. Er zijn geen proceskosten voor vergoeding in aanmerking gekomen. De uitspraak is gedaan door mr. M.M. Meijers, in aanwezigheid van griffier mr. C.M. van den Berg, en is openbaar uitgesproken op dezelfde datum.