Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.STICHTING VIRUSWAARHEID.NLte Rotterdam ,
NEDERLANDSE VERENIGING KRITISCH PRIKKENte Driebergen,
[eisende partij sub 3]te [woonplaats 1] ,
STAAT DER NEDERLANDEN, MININSTERIE VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORTte Den Haag ,
[gedaagde sub 2]te [woonplaats 2] ,
[gedaagde sub 3]te [woonplaats 2] ,
[gedaagde sub 4]te [woonplaats 2] ,
[gedaagde sub 5]te [woonplaats 2] ,
[gedaagde sub 6]te [woonplaats 2] ,
[gedaagde sub 7]te [woonplaats 2] ,
[gedaagde sub 8]te [woonplaats 2] ,
[gedaagde sub 9]te [woonplaats 2] ,
[gedaagde sub 10]te [woonplaats 2] ,
1.[eisende partij sub 1 in het incident] [woonplaats 3] ,
[eisende partij sub 2 in het incident]te [woonplaats 4] ,
1.De procedure
- de dagvaarding van 1 maart 2022, met producties 1 tot en met 21;
- de rolbeslissing van 16 maart 2022, waarbij de rolrechter de zaak naar de rol van 30 maart 2022 heeft verwezen om alsnog ontbrekende gegevens te verstrekken;
- de akte van Stichting Viruswaarheid.nl c.s. van 16 maart 2022;
- de (beperkte) conclusie van antwoord;
- de incidentele conclusie tot voeging van [eisers in het incident] ;
- de incidentele conclusie van antwoord van Stichting Viruswaarheid.nl c.s.;
- de incidentele conclusie van antwoord van de Staat c.s.
2.Het geschil
het geschil in de hoofdzaak
3.De beoordeling
Kamerstukken II2016/17, 34 608, nr. 3, p. 9) . Dit brengt mee dat voeging als bedoeld in artikel 217 Rv van individuele gedupeerden aan de zijde van de belangenbehartigende organisatie in een WAMCA-procedure niet is toegestaan. De vordering tot voeging [eisers in het incident] dient daarom te worden afgewezen.