ECLI:NL:RBDHA:2022:9693

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
20 september 2022
Publicatiedatum
26 september 2022
Zaaknummer
NL22.11383
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening+bodemzaak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening in asielzaak met herbeoordelingsonderzoek

In de zaak tussen verzoekster en de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 20 september 2022 uitspraak gedaan. Verzoekster, die in Duitsland statushouder is, had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. Deze aanvraag werd door de staatssecretaris op 16 juni 2022 niet-ontvankelijk verklaard, wat verzoekster ertoe bracht om beroep in te stellen tegen dit besluit. Daarnaast verzocht zij de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening te treffen.

De zitting vond plaats op 15 september 2022 in Middelburg, waar verzoekster aanwezig was met haar gemachtigde, mr. M. Hamzaoui, en een tolk, A. Toma. De staatssecretaris werd vertegenwoordigd door zijn gemachtigde, mr. Z.M. Alaca. Tijdens de zitting werd ook een andere zaak, NL22.11382, behandeld, die verband hield met het beroep van verzoekster.

De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen aangegeven dat er in de uitspraak van dezelfde dag op de andere zaak al een beslissing is genomen, waardoor het verzoek om een voorlopige voorziening werd afgewezen. Tevens werd er geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. E.F. Bethlehem, en is openbaar gemaakt zonder mogelijkheid tot hoger beroep of verzet.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: NL22.11383

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[naam] , verzoekster,

V-nummer: [nummer]
(gemachtigde: mr. Z.M. Alaca),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder,

(gemachtigde: mr. M. Hamzaoui).

Procesverloop

Bij besluit van 16 juni 2022 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van verzoekster tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in de algemene procedure niet-ontvankelijk verklaard.
Verzoekster heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Zij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, tezamen met de zaak NL22.11382, op 15 september 2022 op zitting behandeld. Verzoekster is verschenen, bijgestaan door haar gemachtigde. Als tolk is verschenen A. Toma. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

1. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL22.11382, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
2. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. E.F. Bethlehem, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr.J. de Winter, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op
www.rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.