ECLI:NL:RBDHA:2023:10198
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van het beroep tegen het niet in behandeling nemen van een asielaanvraag op basis van de Dublinverordening
Op 13 juli 2023 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak van eiser, die in beroep ging tegen het besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid om zijn aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling te nemen. De staatssecretaris had dit besluit genomen op basis van de Dublinverordening, waarbij Frankrijk als verantwoordelijk land werd aangewezen voor de behandeling van de asielaanvraag. De rechtbank oordeelde dat de staatssecretaris terecht had besloten de aanvraag niet in behandeling te nemen, omdat Frankrijk verantwoordelijk was voor de asielprocedure. Eiser voerde aan dat er in Frankrijk een reëel risico op onmenselijke behandeling bestond en dat klagen bij de Franse autoriteiten geen zin had. De rechtbank oordeelde echter dat eiser niet voldoende had aangetoond dat het asiel- en opvangsysteem in Frankrijk tekortkomingen vertoonde die een schending van artikel 3 van het EVRM of artikel 4 van het EU-Handvest zouden rechtvaardigen. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en bevestigde het besluit van de staatssecretaris. Eiser kreeg geen proceskostenvergoeding toegewezen.