ECLI:NL:RBDHA:2023:10300
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvragen van Iraakse eisers op basis van geloofwaardigheid en bescherming
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, gedaan op 6 juli 2023, worden de beroepen van vier Iraakse eisers tegen de afwijzing van hun asielaanvragen beoordeeld. De eisers, die van Iraakse nationaliteit zijn, hebben in het verleden met hun ouders in Nederland gewoond, maar zijn in 2012 teruggekeerd naar Irak. In maart 2022 hebben zij opnieuw asiel aangevraagd, maar deze aanvragen zijn door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid afgewezen als ongegrond. De rechtbank behandelt de beroepen op 23 juni 2023 en concludeert dat de staatssecretaris niet onterecht heeft geoordeeld dat de gestelde bedreigingen aan het adres van de eisers en hun vader ongeloofwaardig zijn. De rechtbank stelt vast dat de eisers niet voldoende hebben aangetoond dat de dreigingen nog steeds bestaan, vooral gezien het feit dat zij na hun terugkeer naar Irak jarenlang zonder problemen hebben geleefd. De rechtbank wijst erop dat de eisers niet hebben onderbouwd waarom hun terugkeer naar Irak in 2012 niet kan worden gezien als een keuze die hun bescherming niet meer noodzakelijk maakt. De rechtbank concludeert dat de staatssecretaris terecht heeft geoordeeld dat de eisers niet in hun bewijsvoering zijn geslaagd en verklaart de beroepen ongegrond. Er is geen aanleiding voor een proceskostenvergoeding.