ECLI:NL:RBDHA:2023:13817

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
11 september 2023
Publicatiedatum
15 september 2023
Zaaknummer
NL23.1488
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • B.F.Th. de Roos
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in vreemdelingenzaak

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 11 september 2023 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoekster, wiens naam niet is vermeld, had een aanvraag ingediend voor uitstel van vertrek op grond van artikel 64 van de Vreemdelingenwet. Het primaire besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, gedateerd 16 januari 2023, had deze aanvraag buiten behandeling gesteld. In het daaropvolgende bestreden besluit van 17 maart 2023 werd het bezwaar van verzoekster tegen deze beslissing kennelijk ongegrond verklaard. Hierop heeft verzoekster beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.

De voorzieningenrechter heeft op basis van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting. In eerdere uitspraak van 18 augustus 2023 had de rechtbank het beroep in de bodemzaak, met zaaknummer NL23.11446, ongegrond verklaard. Gezien deze eerdere uitspraak heeft de voorzieningenrechter het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. Tevens is er geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.

De uitspraak is gedaan door mr. B.F.Th. de Roos, in aanwezigheid van mr. S.C. Spruijt, griffier, en is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op de website van de rechtspraak. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: NL23.1488

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[naam], verzoekster

V-nummer: [nummer]
(gemachtigde: mr. S.R. Nohar),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder.

Procesverloop

In het besluit van 16 januari 2023 (primaire besluit) heeft verweerder de aanvraag van
verzoekster om haar uitstel van vertrek te verlenen op grond van artikel 64 van de Vw [1] buiten behandeling gesteld.
In het besluit van 17 maart 2023 (bestreden besluit) heeft verweerder het bezwaar hiertegen
kennelijk ongegrond verklaard.
Verzoekster heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Daarbij heeft zij de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter doet op grond van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak zonder zitting.

Overwegingen

1. Bij uitspraak van 18 augustus 2023 heeft de rechtbank het beroep in de bodemzaak, met zaaknummer NL23.11446, ongegrond verklaard.
2. De voorzieningenrechter zal daarom het verzoek om een voorlopige voorziening afwijzen.
3. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. B.F.Th. de Roos, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. S.C. Spruijt, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Voetnoten

1.Vreemdelingenwet 2000.