ECLI:NL:RBDHA:2023:14725
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing kinderbijslag aanvraag wegens niet voldoen aan onderhoudsplicht
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiser tegen de afwijzing van zijn aanvraag voor kinderbijslag voor zijn kinderen, geboren in Marokko. De Sociale Verzekeringsbank (Svb) heeft de aanvraag afgewezen op basis van het primaire besluit van 3 december 2021, waarin werd geconcludeerd dat eiser niet voldeed aan de onderhoudsplicht. Eiser heeft in bezwaar aangevoerd dat hij wel aan deze verplichting voldoet, maar de Svb bleef bij de afwijzing. De rechtbank heeft het beroep op 17 augustus 2023 behandeld.
Eiser heeft op 17 september 2021 kinderbijslag aangevraagd voor zijn drie kinderen. De Svb stelde vast dat eiser per kwartaal € 1.299,00 aan onderhoud zou moeten bijdragen, maar hij droeg slechts € 600,00 bij. Eiser verbleef van 5 maart 2020 tot 19 juli 2020 bij zijn kinderen in Marokko, wat resulteerde in een onderhoudsbijdrage van € 627,00. Eiser betoogde dat zijn financiële situatie hem verhinderde om aan de onderhoudsplicht te voldoen en dat de strikte toepassing van de wet onredelijk was.
De rechtbank oordeelde dat eiser in de relevante kwartalen niet voldeed aan de onderhoudsplicht en dat de Svb in redelijkheid tot het bestreden besluit kon komen. De rechtbank benadrukte dat de wetgever expliciete keuzes heeft gemaakt over de hoogte van de onderhoudsbijdrage en dat er geen ruimte is voor een belangenafweging door de Svb. Het beroep van eiser werd ongegrond verklaard, wat betekent dat hij geen recht heeft op kinderbijslag en geen griffierecht of proceskostenvergoeding ontvangt.