Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.Het verdere verloop van de procedure
- de verzoekschriften met bijlagen;
- de beschikking van 7 juni 2023;
- de beschikking van 17 augustus 2023;
- de beschikking van 7 september 2023;
- de aanvullende stukken met als bijlage onder meer de schriftelijke update van de gecertificeerde instelling van 6 oktober 2023;
- [naam07] en [naam08] van de gecertificeerde instelling;
- [naam09] , ambulant begeleider van Impegno, als toehoorder.
2.De feiten
3.De verzoeken
Verzoekschrift I en verzoekschrift II:
Ter zitting heeft de gecertificeerde instelling hierbij aanvullend naar voren gebracht dat er daarom binnen een afzienbare tijd nieuwe jeugdbeschermers starten. De gecertificeerde instelling hoopt daarmee het vertrouwen van de moeder weer op te kunnen bouwen. Verder heeft de gecertificeerde instelling ter zitting naar voren gebracht dat er sinds de gezinsopname geen begeleide bezoekmomenten tussen de moeder en de kinderen hebben plaatsgevonden naar aanleiding van een escalatie tussen de moeder en de jeugdbeschermers. Naar alle waarschijnlijkheid zullen de bezoekmomenten op zeer korte termijn weer plaatsvinden. De bezoekmomenten zullen eerst doordeweeks plaatsvinden en indien deze passend verlopen zullen deze uitgebreid worden naar het weekend. Ook is de school van de oudste kinderen gestagneerd. Het is dan ook noodzakelijk dat de schoolgang de komende periode hervat wordt. Gelet op het feit dat de moeder momenteel onvoldoende in staat is om de opvoeding en verzorging van de kinderen op zich te nemen en het huidige verblijf van de kinderen in het gezinshuis gecontinueerd moet worden zodat zij tot stabilisatie komen, meent de gecertificeerde instelling dat de verlenging van de machtiging uithuisplaatsing van de kinderen noodzakelijk is.
4.De standpunten
5.De beoordeling
Ook is het belangrijk dat de begeleide contactmomenten tussen de moeder en de kinderen weer doorgang zullen vinden. De kinderrechter vertrouwt hierbij op de mededeling van de gecertificeerde instelling ter zitting dat die bezoeken zeer binnenkort weer worden opgestart. Aangezien de kinderrechter het noodzakelijk vindt dat binnen afzienbare tijd duidelijk wordt of er aan het bovengenoemde gewerkt is en of er met voortvarendheid toegewerkt wordt aan een terugplaatsing, is de kinderrechter van oordeel dat een tussentijds toetsingsmoment in het belang van de kinderen is. De kinderrechter ziet daarom aanleiding om het verzoek tot verlenging van de machtiging uithuisplaatsing slechts toe te wijzen voor drie maanden en aan te houden voor het overige. Daarbij verzoekt de kinderrechter de gecertificeerde instelling uiterlijk één week voorafgaand aan deze zitting een schriftelijke update te versturen, met daarin de huidige stand van zaken.
6.De beslissing
gelegen vóór 13 januari 2024;
één week voorafgaand aan deze zittingaan de rechtbank en de belanghebbenden een verslag te overleggen met onder meer een schriftelijke update;