Wat vindt de rechtbank
8. De vraag is of het UWV terecht stelt dat eiser minder dan 35% arbeidsongeschikt is. De rechtbank moet die vraag beantwoorden aan de hand van wat eiser daartegen in heeft gebracht. Belangrijk punt is dat het gaat om de medische toestand van eiser op 11 september 2022 en de vraag welke beperkingen daaruit volgen.
9. De rechtbank vindt dat het UWV terecht heeft beslist dat eiser op 11 september 2022 voor minder dan 35% arbeidsongeschikt is en dus geen recht meer heeft op een WIA-uitkering. Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.
10. Voor zover eiser in zijn beroepschrift verwijst naar wat hij in bezwaar heeft aangevoerd, overweegt de rechtbank dat het aan eiser is om in beroep gemotiveerd en specifiek aan te voeren waarom hij het niet eens is met het bestreden besluit. De verwijzing naar bezwaren wordt niet als zo’n gemotiveerde en specifieke betwisting opgevat. Daarop is immers gereageerd in het bestreden besluit. Eiser zal dus moeten aanvoeren waarom hij het met die reactie niet eens is. Gelet hierop zal de rechtbank het beroep beoordelen in het licht van de in beroep nader uitgewerkte gronden en niet in het licht van wat in bezwaar is aangevoerd.
Medische grondslag van het bestreden besluit
11. De rechtbank is van oordeel dat het medisch onderzoek zorgvuldig is verricht. De verzekeringsarts B&B heeft kennis genomen van het dossier en het bezwaar van eiser. Hij heeft eiser gesproken tijdens de hoorzitting en aansluitend lichamelijk en psychisch onderzocht. Ook heeft hij de door hem opgevraagde en verkregen medische informatie van de behandelaars van eiser meegewogen in zijn beoordeling. Verder heeft hij kennisgenomen van het onderzoek van de arts van het UWV, zoals opgenomen in het rapport van 21 juni 2021. De rechtbank vindt ook dat de verzekeringsarts B&B op een zorgvuldig en duidelijke manier alle naar voren gebrachte klachten, te weten: vermoeidheid, chronische pijn aan de galblaas/rug, somberheid, slaapproblemen, verlies van belangstelling, lusteloosheid, concentratieproblemen, angst, verminderde productiviteit en verhoogde prikkelgevoeligheid, heeft betrokken bij de medische beoordeling. De rechtbank ziet geen reden om aan te nemen dat verzekeringsarts B&B aspecten van de medische situatie van eiser heeft gemist.
De beoordeling van de belastbaarheid
12. De rechtbank is verder van oordeel dat de verzekeringsarts B&B de medische belastbaarheid van eiser in de rapporten op inhoudelijk overtuigende wijze en zonder tegenstrijdigheden heeft gemotiveerd. In het rapport van 14 februari 2022 heeft hij toegelicht dat de klachten van eiser niet verklaard kunnen worden uit objectiveerbare lichamelijke afwijkingen. Er is sprake van milde slaapapneu (OSAS), waarvoor in oktober 2021 alsnog behandeling (CPAP) is overwogen. Er is geen duidelijke psychopathologie. Verder heeft de verzekeringsarts B&B in het rapport van 30 juni 2022 toegelicht dat uit de brieven van de huisarts van 19 januari 2022 en de longarts van 14 december 2020 volgt dat er sprake is van een normale longfunctie bij eiser, dat er geen aanwijzingen meer zijn voor lymfadenopathie, dat de klachten niet passen bij sarcoïdose en dat uit de informatie van de internist van 12 oktober 2021 geen interne afwijkingen aantoonbaar zijn. De verzekeringsarts B&B heeft hiermee naar het oordeel van de rechtbank voldoende gemotiveerd dat de verzekeringsarts met het aannemen van beperkingen voor hoge concentratie-eisen, veelvuldige deadlines, hoog handelingstempo, zware fysieke belastingen en regelmatige werktijden, de belastbaarheid van eiser niet heeft overschat en dat er geen medische grond is voor het aannemen van een energetische urenbeperking. Eiser heeft zijn standpunt dat hij meer beperkingen heeft dan aangenomen niet met medische informatie onderbouwd. De rechtbank ziet geen aanleiding te twijfelen aan de medische belastbaarheid van eiser zoals de (verzekerings)artsen die hebben vastgesteld.
13. Het betoog van eiser, dat hoewel uit de medische gegevens blijkt dat er momenteel geen aanwijzingen zijn voor lymfadenopathie en de longfunctie normaal zou zijn, maar dat hij hier toch klachten van ondervindt, leidt niet tot een ander oordeel. De rechtbank is zich ervan bewust dat eiser klachten ervaart, maar in de verzekeringsgeneeskundige beoordeling kan niet uitsluitend worden afgegaan op hoe eiser zijn klachten zelf ervaart. In de systematiek van de arbeidsongeschiktheidsbeoordeling zijn niet de ervaren klachten of de diagnose doorslaggevend, maar de mate waarin beperkingen ten aanzien van het verrichten van arbeid als gevolg van die klachten objectief medisch kunnen worden onderbouwd. Zonder afbreuk te willen doen aan de door eiser ervaren impact van zijn klachten op het dagelijks leven, merkt de rechtbank op dat er geen medisch objectieve onderbouwing is voor het aannemen van verdergaande beperkingen.
14. De rechtbank vindt dat het UWV terecht heeft geoordeeld dat eiser op 11 september 2022 in staat moet worden geacht arbeid te verrichten als daarbij rekening wordt gehouden met de beperkingen die de arts van het UWV heeft vastgesteld in de FML van 17 juni 2021.
Arbeidskundige grondslag van het bestreden besluit
15. De arbeidsdeskundige B&B heeft op grond van de FML van 17 juni 2021 vastgesteld dat eiser niet geschikt is voor zijn eigen werk als product coördinator, omdat deze functie zijn belastbaarheid overschrijdt. De arbeidsdeskundige B&B heeft vervolgens functies gezocht die eiser in theorie nog wel kan uitvoeren. Dat heeft drie functies en twee reservefuncties opgeleverd.
- ( sbc-code 315150) Baliemedewerker;
- ( sbc-code 111180) Productiemedewerker industrie (samenstellen van producten);
- ( sbc-code 315100) Administratief ondersteunend medewerker.
- ( sbc-code 315120) Receptionist;
- ( sbc-code 515204) Telefonist Receptionist.
16. De stelling van eiser dat de functie Productiemedewerker industrie ongeschikt is, omdat deze functie bij het primaire besluit was opgenomen in de niet-geselecteerde functies, volgt de rechtbank niet. In het rapport van 1 november 2022 heeft de arbeidsdeskundige B&B inzichtelijk gemotiveerd dat het geen kwestie is dat de functie nu plotseling kan worden geduid, maar dat de functie altijd al had kunnen worden geduid. Zij heeft toegelicht dat zij contact heeft opgenomen met de arbeidsdeskundige die de primaire beoordeling heeft gedaan en dat de arbeidsdeskundige heeft aangegeven dat zij waarschijnlijk na het duiden van voldoende functies in de klasse minder dan 35% niet heeft gekeken naar het resultaat waarbij sprake is van een reductiefactor en het percentage toch meer wordt dan 35%. De stelling van eiser dat hij de geselecteerde functies gezien zijn klachten en beperkingen niet kan verrichten is in feite ook gericht tegen de vastgestelde FML van 17 juni 2021. De rechtbank heeft hiervoor al geoordeeld dat er geen reden is om aan die vaststelling te twijfelen. Daarnaast heeft de arbeidsdeskundige B&B in haar rapporten en de resultaat functiebeoordeling voldoende uitgelegd waarom deze functies geschikt zijn voor eiser. De arbeidsdeskundige B&B heeft de knelpunten beoordeeld en toegelicht waarom de functies geschikt zijn. Deze toelichtingen zijn voor de rechtbank begrijpelijk.
17. De arbeidsdeskundige B&B heeft berekend dat eiser op 11 september 2022 met de middelste van de drie geduide functies 68,96% kan verdienen van het loon dat hij verdiende met zijn eigen werk, zodat hij voor de overige 31,04% arbeidsongeschikt is.